Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/3878/TA, 8 februari 2016, beroep
Uitspraakdatum:08-02-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/3878/TA

betreft: [klager] datum: 8 februari 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.L. Louwerse, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 10 november 2015 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC De Rooyse Wissel te Venray, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 21 januari 2016, gehouden in de penitentiaire inrichting Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. A.L. Louwerse, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], junior stafjurist.

De beroepscommissie bestond door onvoorziene omstandigheden ter zitting uit twee personen; een derde lid beslist mee op de stukken.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het opleggen van afzondering op 5 augustus 2015 en het voortduren daarvan tot 14 augustus 2015.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Een week voor de afzondering heeft klager met pijnklachten een uroloog bezocht. Deze heeft hem gezegd te masturberen om ‘de kanalen vrij te maken’,
waarop klager geeft gezegd dat niet zo maar te kunnen. De uroloog heeft klager gemeld dat daar hulpmiddelen voor bestaan, hetgeen klager heeft opgevat als een advies om hulpmiddelen aan te schaffen. Klager heeft de inrichting toestemming gevraagd voor
de aanschaf van een dvd met porno. Het duurde lang voordat de inrichting actie ondernam. Klager heeft vanwege de pijnklachten daarom zelf een dvd aangeschaft, hetgeen niet had hoeven gebeuren als de inrichting direct contact met de uroloog had
opgenomen. Op 4 augustus 2015 heeft personeel gezien dat klager porno keek maar hem daarover niet bevraagd. Wel is de volgende dag zijn kamer gecontroleerd. De dvd lag op de vogelkooi. Men wist van zijn medische klachten af en had met hem erover kunnen
praten maar heeft afzondering opgelegd. Klager was boos over de inbeslagname, maar herkent zich niet in het beschreven grensoverschrijdende gedrag bij inbeslagname van de dvd.
De afzondering heeft te lang geduurd. De inrichting heeft op 11 augustus 2015 aangegeven dat het steeds beter ging met klager en had de maatregel toen moeten opheffen.

Klager heeft daaraan het volgende toegevoegd.
Het klopt niet dat de dvd in een handdoek in de vogelkooi lag verstopt. Tijdens de kamercontrole heeft klager desgevraagd gemeld dat deze op de vogelkooi lag, waarna de desbetreffende personeelsleden de dvd van de vogelkooi gepakt hebben. Klager heeft
gezegd dat hij zijn dvd terug wilde hebben, maar de personeelsleden liepen weg. Er is toen niets gebeurd. Later kwamen zij terug met de afzonderingsmaatregel. Er heeft verder geen discussie plaatsgevonden. Klager heeft zijn raadsvrouw gebeld om beklag
in te dienen. De beschreven gedragingen van klager hebben niet plaatsgevonden.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Verwezen wordt naar het bij de beklagrechter gevoerde verweer. In verband met de door klager gevraagde toestemming heeft de
inrichting contact met de uroloog opgenomen om te vernemen welk advies deze aan klager had gegeven en om welke reden. Het advies was te gaan masturberen. Omdat klager dat naar zijn zeggen niet zonder porno kan, moet voor bezit van porno toestemming
gegeven worden in het behandelplan. De aanschaf van een dvd moet gecontroleerd worden. Klager weet dat, dit staat ook in de huisregels. Een en ander is niet binnen een week geregeld. De sociotherapeuten die bij de kamercontrole aanwezig waren hebben
over de inbeslagname gerapporteerd. Zij hebben daarbij gemeld dat klager de vogelkooi wegbracht; dat bij controle van de vogelkooi bleek dat de dvd daarin onder handdoeken lag; dat klager de dvd uit de handen van de sociotherapeute heeft gegrist; dat
klager haar diskwalificeerde; dat klager zich na uitreiking van de afzonderingsmaatregel op haar bleef fixeren en grensoverschrijdende uitspraken over haar heeft gedaan.
Verbetering in klagers gedrag is niet hetzelfde als het voldoen aan de voorwaarden voor beëindiging van de afzondering. Klager was op 11 augustus 2015 beter te begrenzen in zijn grensoverschrijdend gedrag. Daar beëindiging van een maategel in één keer
bij klager vaak een averechts effect heeft, heeft geleidelijke uitbreiding van zijn programma plaatsgevonden alvorens tot opheffing van de afzondering over te gaan.

3. De beoordeling
Gelet op de stukken en het behandelde ter zitting acht de beroepscommissie voldoende aannemelijk dat klager een dvd met porno heeft aangeschaft op een moment dat hij daarvoor nog geen toestemming had gekregen en dat de dvd om die reden is beslag is
genomen. Immers, in de huisregels wordt het beleid rond het in bezit kunnen en mogen hebben van pornografisch materiaal uitgelegd en voorts was in zijn behandelplan nog niets daarover opgenomen. Kortom, er was nog geen toestemming gegeven. Voorts acht
zij voldoende aannemelijk dat klager bij de inbeslagname grensoverschrijdend gedrag heeft vertoond. Klagers enkele stelling dat dit niet heeft plaatsgevonden is niet aannemelijk te achten in het licht van het gerapporteerde gedrag van klager tijdens de
inbeslagname van de dvd. De afzondering kon daarom in redelijkheid aan klager worden opgelegd.
De duur van de afzondering is niet onredelijk lang te noemen, in het licht van de door de inrichting in het verweerschrift van 15 september 2015 beschreven gedragingen van klager gedurende de afzondering en de ter zitting gegeven verklaring dat op
geleide van verbetering in klagers gedrag tot uitbreiding van zijn programma en uiteindelijk opheffing van de afzondering kon worden gekomen.
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan daarom naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester, voorzitter, drs. W.A.Th. Bos en mr. J.M.L. Niederer, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 8 februari 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven