Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/3124/GB, 30 november 2015, beroep
Uitspraakdatum:30-11-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/3124/GB

Betreft: [klager] datum: 30 november 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.A.M. Kwakman, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 16 september 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie Zwolle Zuid 1 ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 22 mei 2015 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in de penitentiaire inrichting Achterhoek te Zutphen. Bij beslissing van 15 juni 2015 is hij overgeplaatst naar de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) De Hunnerberg te
Nijmegen. Vanuit deze j.j.i. is hij geherselecteerd voor het h.v.b. van de locatie Zwolle Zuid 1, welke plaatsing op 27 augustus 2015 is gerealiseerd.
Op 4 november 2015 is klager overgeplaatst naar het detentiecentrum Schiphol.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager is vanuit een j.j.i naar een p.i. overgeplaatst omdat de officier van justitie zou zijn teruggekomen op een eerder voornemen om in klagers zaak het adolescentenstrafrecht toe te passen. De overplaatsing van klager naar het h.v.b. te Zwolle heeft
de officier van justitie verrast. Zij stelde in een email dat zij aan DJI heeft bericht dat weliswaar het adolescentenstrafrecht niet langer toegepast moest worden, maar dat zij het verzoek heeft gedaan om te onderzoeken conform het advies van j.j.i.
De
Hunnerberg of plaatsing in FPC Veldzicht tot de mogelijkheden behoort en hem daar zo mogelijk te plaatsen. De officier van justitie heeft niet bedoeld dat klager in een reguliere p.i. zou worden geplaatst. Het was ieders doel, zowel van klager, de
raadsman, de officier van justitie en j.j.i. De Hunnerberg, dat hij in FPC Veldzicht zou worden geplaatst. Door die mogelijkheid niet eerst te onderzoeken, is onzorgvuldig gehandeld. Uit het rapport van de psycholoog blijkt dat qua
persoonlijkheidsontwikkeling het adolescentenstrafrecht het meest passend is. Er is sprake van een gebrek aan motivatie door klagers ongewenst vreemdelingenstatus. FPC Veldzicht is gespecialiseerd voor wat betreft ongewenst vreemdelingen en heeft
daarnaast een groep adolescenten die in j.j.i.’s niet te handhaven zijn. De officier van justitie is gezegd dat ze om klager in FPC Veldzicht geplaatst te krijgen, moest aangeven niet langer het adolescentenstrafrecht toe te willen passen. Dit is de
enkele reden dat zij dit heeft aangegeven. Als het voor plaatsing in FPC Veldzicht nodig zou zijn om het adolescentenstrafrecht alsnog toe te passen, zou de officier van justitie dit alsnog willen, kan worden opgemaakt uit de bijgevoegde email van de
officier van justitie van 16 september 2015.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Door het Openbaar Ministerie (OM) is aangegeven dat het OM momenteel niet het voornemen heeft om het adolescentenstrafrecht toe te passen. Klager ondergaat derhalve zijn voorlopige hechtenis in een h.v.b. op de juiste plaats. Door de
selectiefunctionaris is aan een gedragsdeskundige van de locatie Zwolle Zuid verzocht om de benodigde zorgbehoefte te beoordelen. Hoewel de officier van justitie heeft verzocht of een plaatsing in FPC Veldzicht tot de mogelijkheden behoort, is het aan
de gedragsdeskundige om vast te stellen of er een specifieke en noodzakelijke zorgbehoefte is. Aan het verzoek van de officier van justitie is voldaan. Mocht uit het advies van de gedragsdeskundige naar voren komen dat het geïndiceerd is om klager te
plaatsen in een forensische zorginstelling dan zal het dossier door de selectiefunctionaris opnieuw worden beoordeeld. FPC Veldzicht heeft een expertise op het gebied van ongewenst verklaarde tbs-gestelden, maar levert geen specifieke zorg aan
adolescenten die in een j.j.i. niet te handhaven zijn. Niet nagegaan kan worden of het OM gezegd is dat voor een plaatsing van klager in FPC Veldzicht het voornemen om het adolescentenstrafrecht toe te passen, moest worden ingetrokken.

3.3. Door de selectiefunctionaris is op 9 november 2015 per emailbericht, waarvan een afschrift aan klager en zijn raadsman is toegestuurd, desgevraagd geantwoord dat een gedragsdeskundige is geraadpleegd en dat er geen zorgindicatie voor klager
aanwezig is.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Uit het bij de stukken gevoegde advies van de reclassering van 20 augustus 2015 volgt dat klager tot ongewenst vreemdeling is verklaard en dat de reclassering in overweging geeft om klager over te plaatsen naar FPC Veldzicht omdat dit een
voorziening is bestemd voor (onder meer) ongewenst verklaarde vreemdelingen met een tbs-maatregel die klager kan begeleiden bij zijn terugkeer naar het land van herkomst. Aangegeven is dat daarnaast plaatsing in een detentiecentrum in overweging kan
worden genomen. Geadviseerd is om bij klager, die thans 20 jaar oud is, het volwassenstrafrecht toe te passen.
In het advies van de directeur van j.j.i. De Hunnerberg is aangegeven dat klager regelmatig voor problemen zorgde in de j.j.i. en een negatief effect op de leefgroep had. Op 9 augustus 2015 heeft hij twee jongeren mishandeld. Naast het gedrag vormt
klagers status van ongewenst vreemdeling een complicerende factor omdat het verblijf in de j.j.i. gericht is op resocialisatie en verminderen van recidive. Een verblijf in een p.i. zou beter passend zijn voor klager omdat daar minder nadruk ligt op
behandeling en in de omgang met medegedetineerden minder van hem zal worden gevergd. Gewezen is op de ontwikkelingen zoals die zich momenteel voordoen in FPC Veldzicht.
In de omtrent klager uitgebrachte pro justitia rapportage van 21 augustus 2015 wordt geadviseerd om het volwassenenstrafrecht toe te passen.
Uit de nadere toelichting van de selectiefunctionaris van 9 november 2015 volgt dat inmiddels een gedragsdeskundige is geraadpleegd en dat er geen zorgindicatie voor klager aanwezig is.

4.3. De beroepscommissie overweegt dat, gelet op het bovenstaande, de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden
aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 30 november 2015

secretaris voorzitter

Naar boven