Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/2356/GV, 24 augustus 2015, beroep
Uitspraakdatum:24-08-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/2356/GV

betreft: [klager] datum: 24 augustus 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 juli 2015 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. A.C.J. Lina om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van strafonderbreking afgewezen.

2. De standpunten
Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Het nut en de noodzaak van strafonderbreking zijn wel degelijk door klager onderbouwd. Hij moet met lede ogen aanzien dat tijdens zijn detentie de harmonie in zijn gezin is weggevallen en dat er
een blijvende scheiding dreigt te komen tussen de gezinsleden. Dit is allemaal veroorzaakt door de langdurige detentie zonder strafonderbreking. De situatie in het gezin is schrijnend. Strafonderbreking is noodzakelijk om de gezinssituatie te redden en
ervoor te zorgen dat de gezinsleden weer vreedzaam met elkaar kunnen omgaan. Klager heeft drie kinderen van 34, 31 en 25 jaar oud. Zijn dochter heeft in de 24e week van haar zwangerschap weeën gekregen ten gevolge van stress omdat haar vader
gedetineerd
is en zij hem ontzettend miste. Klager was toen nog gedetineerd in Engeland en kon haar niet steunen. Zijn zoon is gescheiden en heeft geen werk, geen adres en geen uitkering. Klager heeft drie kleinkinderen van 4, 6 en 9 jaar oud die het ook heel
zwaar
hebben. Het gezin is zijn leven. Het is van groot belang dat klager strafonderbreking krijgt om zijn echtgenote te ondersteunen die een TIA heeft gehad waardoor zij gedeeltelijk gehandicapt is. De laatste weken heeft zij meer last van uitval. De TIA’s
zijn begonnen in 2009-2010. Het is van groot belang dat zij de steun krijgt van klager. Aan de strafonderbreking kunnen voorwaarden worden gekoppeld zoals het dragen van een enkelband en het beperken van de actieradius van klager tot het woonhuis van
het gezin en de directe omgeving.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Het gegeven dat klagers gezin het moeilijk heeft met klagers detentie/afwezigheid is geen grond voor strafonderbreking. Aan de directeur van de locatie Sittard is op 24 juli 2015 verzocht de medisch adviseur om advies te vragen. Aan klager is op 27
juli
2015 een toestemmingsverklaring overhandigd met het doel de medisch adviseur om advies te kunnen vragen over de noodzaak van een strafonderbreking gerelateerd aan de beperkingen van klagers echtgenote. Klager heeft die verklaring (nog) niet
overhandigd.
Dit is klagers verantwoordelijkheid. Op basis van de huidige informatie en adviezen is er geen noodzaak voor strafonderbreking. Bij gewijzigde omstandigheden kan klager een nieuw verzoek indienen met daarbij gevoegd een toestemmingsverklaring voor
advisering door de medisch adviseur.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
Het Openbaar Ministerie heeft aangegeven niet in te stemmen met strafonderbreking, mede gelet op een recente positieve urinecontrole en te lange duur van het strafrestant.
De politie heeft negatief geadviseerd ter zake van het verlofadres in verband met registratie op dit adres van bedreiging naar familie, vervaardigen softdrugs en mishandeling.

3. De beoordeling
Klager ondergaat na een WOTS-procedure, waarbij de hem in Groot-Brittannië opgelegde gevangenisstraf is omgezet, een gevangenisstraf van zestien jaar met aftrek, wegens opzettelijke overtreding van de Opiumwet. De datum van invrijheidstelling is
bepaald
op 14 mei 2020.

Klager heeft verzocht om strafonderbreking omdat zijn drie volwassen kinderen en drie kleinkinderen het moeilijk hebben met zijn langdurige afwezigheid en om zijn vrouw te ondersteunen die recent opnieuw een TIA heeft gehad. De eerste door klager
aangevoerde reden vormt geen grond als vermeld in hoofdstuk 5 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, hierna de Regeling, voor strafonderbreking.

Op grond van artikel 36 van de Regeling kan strafonderbreking worden verleend voor verzorging van een zieke levenspartner. Om te beoordelen of van een dergelijke situatie sprake is dient de medisch adviseur bij het Ministerie van Veiligheid en
Justitie
advies uit brengen. Nu verzoeker (nog) geen toestemming heeft gegeven aan de medisch adviseur voor inzage van de medische gegevens van zijn echtgenote heeft de medisch adviseur geen advies kunnen uitbrengen.
De beroepscommissie stelt vast dat door het niet verstrekken van toestemming voor het opvragen/inzien van de medische gegevens van zijn echtgenote thans niet kan worden beoordeeld of klagers partner ernstig ziek is en er sprake is van een situatie als
bedoeld in artikel 36 van de Regeling.

Gelet op het voorgaande is de beroepscommissie van oordeel dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat in het geval van klager strafonderbreking is geïndiceerd. De beslissing van de Staatssecretaris kan reeds hierom dan ook niet als onredelijk of
onbillijk worden aangemerkt. Daarbij komt dat klager momenteel niet beschikt over een aanvaardbaar verlofadres.
De beroepscommissie komt aan de vraag of voorwaarden aan strafonderbreking kunnen worden verbonden niet toe. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 24 augustus 2015

secretaris voorzitter

Naar boven