Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/0161/GA, 23 juni 2015, beroep
Uitspraakdatum:23-06-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/161/GA

betreft: [klager] datum: 23 juni 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.F. Hof, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 9 januari 2015 van de beklagcommissie bij de locatie Norgerhaven te Veenhuizen, voor zover daarbij aan klager geen tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Norgerhaven in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagcommissie heeft geen tegemoetkoming toegekend, ondanks de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende het feit dat terugbelverzoeken niet of te laat worden doorgegeven en het nauwelijks mogelijk is een bezoekafspraak te maken op de
gronden
als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. In het namens klager ingediend aanvullend klaagschrift van 15 december 2014 is het standpunt ingenomen dat de behandeling van het beklag primair dient te worden aangehouden en subsidiair gegrond dient
te
worden verklaard met toekenning van een tegemoetkoming aan klager. Het niet toekennen van een tegemoetkoming omdat dit subsidiair zou zijn verzocht, is dan ook niet zonder meer begrijpelijk en evenmin redelijk.

De directeur heeft daarop als volgt gereageerd. De directeur kan zich verenigen met het oordeel van de beklagcommissie geen tegemoetkoming toe te kennen. Namens klager is primair aangevoerd dat het doel van de klacht de beëindiging van de schending van
de rechten van klager en andere gedetineerden betreft en dat inzicht in de procedure inzake terugbelverzoeken meer oplevert dan het toekennen van een tegemoetkoming. Als gevolg van een interne reorganisatie worden terugbelverzoeken en de bezoekplanning
thans op behoorlijke wijze afgehandeld. Aan klagers verzoek is derhalve voldaan.

3. De beoordeling
De beroepscommissie kan zich niet verenigen met het oordeel van de beklagcommissie geen tegemoetkoming toe te kennen, nu zij aannemelijk acht dat klager ongemak heeft ondervonden als gevolg van het niet juist afhandelen van terugbelverzoeken en
bezoekafspraken. Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard. De beroepscommissie zal aan klager een tegemoetkoming van € 20,= toekennen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover daartegen beroep is ingesteld en bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 20,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. M.M. van der Nat, leden, in tegenwoordigheid van
R. Boerhof, secretaris, op 23 juni 2015.

secretaris voorzitter

Naar boven