Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/1143/GB, 25 oktober 2002, beroep
Uitspraakdatum:25-10-2002

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 02/1143/GB

Betreft: [klager] datum: 25 oktober 2002

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 11 juni 2002 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift namens

[...], geboren op [1957], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 30 mei 2002 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis Nieuw Vosseveld II te Vught niet-ontvankelijk verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 21 juni 1998 gedetineerd. Hij verbleef in unit 4 BIBA te Den Haag. Op 27 maart 2002 is hij overgeplaatst naar de landelijke afzonderingsafdeling Nieuw Vosseveld te Vught en vervolgens op 1 augustus 2002overgeplaatst naar de gevangenis Nieuw Vosseveld II, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van zestien jaar met aftrek. De tenuitvoerlegging van deze straf is aangevangen op 3 oktober 2000. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 27 maart 2009.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Op 11 april 2002 heeft personeel aan klager een schrijven van de selectiefunctionaris geprobeerd uit te reiken. Klager heeft het personeel meegedeeld dat hij niet wilde tekenen omdat hij de Nederlandse taal niet beheerst en hetschrijven niet kon lezen. De inhoud is klager op dat moment verder niet meegedeeld. Klager heeft het personeel verzocht om de brief terug te sturen naar de selectiefunctionaris met het verzoek klager in verband met zijn bezoekdichter bij Den Haag te plaatsen.
Op 22 mei 2002 heeft klager via het BSD van de gevangenis Nieuw Vosseveld II alsnog de selectiebeslissing ontvangen met daarbij een duidelijke uitleg. Op 23 mei 2002 heeft klager tijdig bezwaar ingediend tegen de beslissing van deselectiefunctionaris. Abusievelijk is klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar omdat de selectiefunctionaris rekent vanaf 11 april 2002. De kern van klagers bezwaar tegen de bgg-plaatsing is dat klagers bezoek hemonmogelijk in Vught kan bezoeken. Voorts is klager na een rapport op unit 4 BIBA zonder verder zijn verhaal te kunnen doen richting directie direct in de isoleercel geplaatst, terwijl de situatie naar mening van klager mede wasontstaan door onbegrip en miscommunicatie. Klager beheerst ook de Engelse taal niet in geschrift en het is voor hem zeer moeilijk om een en ander goed te verwoorden en te begrijpen. De bewaarders van de afdeling waar klagerverblijft helpen hem met het opstellen van brieven en hebben hem geholpen met het schrijven van het bezwaar- en beroepschrift.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op 11 april 2002 is aan klager de selectiebeslissing aangeboden. Klager heeft geweigerd deze in ontvangst te nemen. Dit blijkt uit de aantekening op het schrijven. Op 30 mei 2002 is een bezwaarschrift van klager ontvangen. Nietduidelijk is waarom klager zo lang heeft gewacht met het indienen van een bezwaarschrift. Dat op de beslissing wordt vermeld dat klager de beslissing niet eerder heeft ontvangen dan 22 mei 2002 kan feitelijk juist zijn maar doetniets af aan het feit dat klager op 11 april 2002 kennis heeft genomen van de selectiebeslissing en dat hij de mogelijkheid heeft gehad om de beslissing in ontvangst te nemen. Dat hij dat niet heeft gedaan is aan klager zelf tewijten. Wegens overschrijden van de indieningstermijn is het bezwaar niet ontvankelijk verklaard. Door klager zijn in beroep geen nieuwe argumenten aangedragen.

4. De beoordeling
4.1. In artikel 72, eerste lid van de Pbw is bepaald dat een gedetineerde het recht heeft onder meer tegen de beslissing van de selectiefunctionaris op het bezwaarschrift, voorzover dit een gehele of een gedeeltelijkeongegrondverklaring betreft, een met redenen omkleed beroepschrift in te dienen. De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager niet-ontvankelijk verklaard. De beroepscommissie is van oordeel dat een redelijketoepassing van de wet met zich meebrengt dat ook deze beslissing van de selectiefunctionaris voor beoordeling in beroep in aanmerking komt. Klager heeft zijn beroep tijdig ingesteld. De beroepscommissie zal klager derhalve in zijnberoep ontvangen.

4.2 Voor wat betreft de beslissing van de selectiefunctionaris dat door klager te laat
beroep zou zijn ingesteld overweegt de beroepscommissie dat zowel uit klagers bezwaarschrift als uit zijn beroepschrift blijkt dat klager de Nederlandse taal niet beheerst en dat dit bezwaarschrift respectievelijk beroepschrift methulp van personeel is opgesteld en ingediend. Voorts heeft klager, toen hij op 16 oktober 2002 (nader) door de voorzitter werd gehoord, verklaard dat hij niet kan lezen en schrijven. In dit licht kan klagers stelling dat hij op 11april 2002 niet heeft willen tekenen voor uitreiking van de bestreden beslissing omdat hij de inhoud van het schrijven niet begreep en deze hem ook niet werd uitgelegd niet zonder meer terzijde worden geschoven. De beroepscommissieis van oordeel dat nu klager op 22 mei 2002 de bestreden beslissing wederom heeft aangeboden gekregen, maar dit keer vergezeld van een duidelijke uitleg omtrent de inhoud van die beslissing, en vervolgens op 23 mei 2002 eenbezwaarschrift heeft ingediend, redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat klager in verzuim is geweest.
Derhalve dient de bestreden beslissing te worden vernietigd.
De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie zal in een afzonderlijke beslissing, na de selectiefunctionaris te hebben gehoord, bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij zal in een afzonderlijke beslissing, na de selectiefunctionaris te hebben gehoord, bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 25 oktober 2002

secretaris voorzitter

Naar boven