Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1013/GB, 18 juni 2015, beroep
Uitspraakdatum:18-06-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/1013/GB

Betreft: [klager] datum: 18 juni 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. S.A.S. Jansen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 22 maart 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 26 mei 2010 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Esserheem te Veenhuizen. Op 20 februari 2015 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De inhoud van het rapport van het Gedetineerden Recherche Informatie Punt (GRIP) en incidenten in 2011, 2012 en 2013 liggen ten grondslag aan klagers overplaatsing. Klager wenst inzage in zijn
penitentiair dossier te verkrijgen want de genoemde incidenten worden onjuist weergegeven. In 2011 is klager namelijk voor zijn eigen veiligheid overgeplaatst en dat was niet aan hem te wijten. Voor wat betreft het incident in 2012 wenst klager een
piw’er te horen als getuige. De wapens hebben hem niet toebehoord, maar andere gedetineerden waren schuldig en deze piw’er kan dat bevestigen. Voor wat betreft het incident in 2013 heeft klager het slachtoffer weggetrokken en de piw’ers waren juist
tevreden over zijn handelen. Gezien het vorenstaande is de beslissing van de selectiefunctionaris op onzorgvuldige wijze tot stand gekomen, ondeugdelijk gemotiveerd en dient deze te worden vernietigd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Het bezwaar en beroep van klager lijken zich met name te richten op de plaatsing op de lijst gedetineerden met een vlucht-/maatschappelijk risico (GVM-lijst), maar
hiertegen staat geen rechtsmiddel open. Voor wat betreft de inzage in zijn penitentiair dossier kan klager een verzoek doen aan de directeur. De genoemde vermeende onjuistheden in zijn penitentiair dossier hebben geen directe invloed op de
selectiebeslissing, maar zijn door de selectiefunctionaris aangevoerd in verweer op de stelling van klager dat hij een modelgedetineerde zou zijn. Tot overplaatsing van klager is besloten omdat door de plaatsing op de GVM-lijst en klagers verhoogde
risicoprofiel het beveiligingsniveau in de locatie Esserheem niet langer toereikend was. Bij de overplaatsing is wel rekening gehouden met klagers bezoek uit Groningen.

4. De beoordeling
4.1. Klager heeft de beroepscommissie verzocht een getuige te horen over het incident uit 2012. De beroepscommissie acht zich op basis van de stukken voldoende ingelicht en wijst het verzoek af.

4.2. De gevangenis van de p.i. Leeuwarden is een inrichting voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.3. Klager is geplaatst op de GVM-lijst en zijn risicoprofiel geldt als verhoogd, zo blijkt uit de overgelegde stukken. Ingevolge deze verandering in klagers status diende hij te worden overgeplaatst naar een inrichting met beveiligingsniveau 3. De
gevangenis van de p.i. Leeuwarden is aangewezen als een inrichting met beveiligingsniveau 3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan gelet hierop, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen,
niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
E.M. Breugem, secretaris, op 18 juni 2015

secretaris voorzitter

Naar boven