Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/4577/GA, 22 april 2015, beroep
Uitspraakdatum:22-04-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/4577/GA

betreft: [klager] datum: 22 april 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 5 december 2014 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordrecht, betreffende de weigering om klager zijn radio/cd- speler te laten invoeren,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Dordrecht in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
Klager heeft in beroep aangevoerd dat de beklagrechter zonder hem te horen heeft beslist op zijn klacht. Ten aanzien hiervan overweegt de beroepscommissie het volgende. Op grond van artikel 62, tweede lid, van de Pbw in samenhang met artikel 64, eerste
lid, van de Pbw kan de beklagrechter, indien hij het beklag aanstonds kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond acht op de klacht beslissen zonder klager en de directeur in de gelegenheid te stellen mondelinge opmerkingen te
maken omtrent die klacht. De beklagrechter heeft in dit geval van deze bevoegdheid gebruik gemaakt en de beroepscommissie treedt in het algemeen niet in de beoordeling hiervan.
Voorts heeft klager verzocht zijn beroepschrift mondeling te mogen toelichten. De beroepscommissie wijst dit verzoek af. Zij acht zich op basis van de stukken voldoende ingelicht om op het beroep te beslissen.

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. M.M. van der Nat, leden, in tegenwoordigheid van R. Boerhof, secretaris, op 22 april 2015

secretaris voorzitter

Naar boven