Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/4315/GA, 16 maart 2015, beroep
Uitspraakdatum:16-03-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/4315/GA

betreft: [klager] datum: 16 maart 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. Drs. B. Hartman, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 13 november 2014 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught, voor zover daarbij aan klager een tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Vught in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagrechter heeft een tegemoetkoming van € 10,= toegekend vanwege de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende de vermissing van klagers eigendommen.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is aangevoerd dat de tegemoetkoming te gering is. De vermiste goederen bedragen tezamen ruim € 100,=.

De directeur heeft het standpunt omtrent de tegemoetkoming niet kenbaar gemaakt.

3. De beoordeling
Niet vastgesteld kan worden of er goederen van klager zijn achtergebleven na zijn overplaatsing. Klager heeft geen aankoopbonnen overgelegd dan wel anderszins de waarde van zijn eigendommen aangetoond. De waarde van de vermiste goederen kan hierdoor
niet op eenvoudige wijze worden vastgesteld. Schadevergoedingsaspecten kunnen derhalve niet betrokken worden bij de tegemoetkomingbeslissing. De beroepscommissie kan zich verenigen met de door de beklagrechter toegekende tegemoetkoming van € 10,=. Het
beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S. Blankenspoor, secretaris, op 16 maart 2015

secretaris voorzitter

Naar boven