Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/3565/GB, 15 december 2014, beroep
Uitspraakdatum:15-12-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 14/3565/GB

Betreft: [klager] datum: 15 december 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht – zo verstaat de beroepscommissie – tegen de (fictieve) weigering van de selectiefunctionaris om een beslissing te nemen op een verzoek om een tegemoetkoming voor het door hem gemiste regimaire verlof, door plaatsing in de locatie Ooyerhoek
Zutphen in plaats van in een beperkt beveiligde inrichting.

alsmede van de overige stukken, waaronder de reactie van de selectiefunctionaris.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klager, die als zelfmelder moet worden aangemerkt, geplaatst in de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen, waardoor hem geen regimair verlof is toegekend terwijl klager als zelfmelder daar wel recht op had.

2. De feiten
Klager is sedert 25 februari 2014 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Ooyerhoek Zutphen. Op 15 juli 2014 is hij overgeplaatst naar de locatie Ter Peel, een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i), waar een regime van
algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager is van mening dat hij, omdat hij de zelfmelderstatus had, in aanmerking had moeten komen voor plaatsing in een b.b.i. In plaats daarvan is hij geplaatst in een normaal beveiligde gevangenis. Klager is van mening dat de selectiefunctionaris hem
niet had mogen oproepen voor een normaal beveiligde gevangenis maar had moeten wachten tot er plaats was in een b.b.i. Klager heeft hierdoor 19,5 dagen verlof misgelopen. Inmiddels is hij overgeplaatst naar de z.b.b.i. Ter Peel. Klager is van mening
dat
het misgelopen verlof dient te worden gecompenseerd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft op 31 december 2013 verklaard gevolg te zullen geven aan een oproep om zich te melden. Op 3 februari 2014 is klager opgeroepen om zich op 25 februari 2014 te melden bij de locatie Ooyerhoek Zutphen. Klager wist dat hij in een normaal
beveiligde inrichting zou worden geplaatst en heeft zich ook op eerdergenoemde datum gemeld. De selectiefunctionaris is van mening dat het beroep zich niet richt tegen een voor beroep vatbare beslissing.

4. De beoordeling
4.1. In artikel 72, eerste lid, Pbw is bepaald dat de betrokkene het recht heeft tegen de beslissing van de selectiefunctionaris op een bezwaar- of verzoekschrift als bedoeld in de artikelen 17 en 18 van de Pbw, een beroepschrift in te dienen bij
de
beroepscommissie.

4.2. Aan de orde is de vraag of het beroepschrift van klager moet worden verstaan als gericht tegen een beslissing dan wel een weigering om een dergelijke beslissing te nemen als bedoeld in artikel 72 van de Pbw. Naar het oordeel van de
beroepscommissie is dat niet het geval. Beslissingen omtrent een tegemoetkoming voor zogenoemde misgelopen verloven, zo daar al sprake van zou zijn, zijn geen beslissingen waartegen in het kader van deze procedure beroep kan worden ingesteld. Klager
dient daarom niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn beroep.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten , leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 15 december 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven