Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/2156/GB, 28 augustus 2014, beroep
Uitspraakdatum:28-08-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 14/2156/GB

Betreft: [klager] datum: 28 augustus 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van,

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 17 juni 2014 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 1 maart 2010 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Sittard. Op 2 mei 2014 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager is overgeplaatst zonder een beschikking te hebben ontvangen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing in reactie op het bezwaarschrift als volgt toegelicht. In de locatie Sittard verblijft een gedetineerde die betrokken was bij de eerdere wegplaatsing van – naar de beroepscommissie begrijpt

klager uit de locatie Roermond. Samenplaatsing acht de selectiefunctionaris, achteraf, ongewenst op grond van de orde, rust en veiligheid van klager en de medegedetineerde. Omdat de locatie Roermond was uitgesloten, is klager geselecteerd voor de p.i.
Vught. De selectiefunctionaris voert in beroep aan dat hij klager niet-ontvankelijk acht nu deze geen gronden heeft aangevoerd.

4. De beoordeling
4.1. De selectiefunctionaris is in zijn reacties op bezwaar en beroep niet ingegaan op de klacht dat klager de beslissing tot overplaatsing niet heeft ontvangen. De beroepscommissie laat de juistheid van deze klacht in het midden. Van belang is dat
uit het bij klager bekende selectieadvies en uit de beslissing op bezwaar duidelijk is wat de reden is van zijn overplaatsing.

4.2. De gevangenis van de p.i. Vught is een inrichting voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.3. De selectiefunctionaris heeft naar het oordeel van de beroepscommissie voldoende onderbouwd waarom en op welke gronden deze beslissing tot overplaatsing is genomen. Deze beslissing kan, bij afweging van alle in aanmerking genomen belangen, niet
als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van I.J.M.W. van der Sanden, secretaris, 28 augustus 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven