Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/0363/TA, 27 juni 2014, beroep
Uitspraakdatum:27-06-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/363/TA

betreft: [klager] datum: 27 juni 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. Y.H.G. van der Hut, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 7 februari 2014 van de beklagcommissie bij
FPC Dr. S. van Mesdag te Groningen, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 13 mei 2014, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. Y.H.G. van der Hut, en [...], juridisch medewerker, bij de inrichting.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. de weigering om klager toe te staan een pc aan te schaffen en in zijn verblijfsruimte te houden en
b. het terugplaatsen van de afdelingscomputer vanuit klagers verblijfsruimte naar de afdeling.

De beklagcommissie heeft het beklag vermeld onder a ongegrond verklaard en klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag vermeld onder b, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en van het hoofd van de inrichting
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft van de inrichting toestemming gekregen om een studie rechtsgeleerdheid te volgen aan de Open Universiteit. Hiervoor is het noodzakelijk dat hij ook, buiten de daarvoor gezette tijden op de afdelingscomputer, toegang heeft en gebruik kan
maken van een (eigen) computer. Klager volgt de vakken online en dient de opdrachten online in. Hij werkt mee aan zijn behandeling en volgt therapie. Hij zal zich hoofdzakelijk ’s avonds en in het weekend aan zijn studie moeten wijden.
Een van de afdelingscomputers is in een gesprekskamer neergezet, maar die kamer wordt tevens gebruikt voor alle gesprekken op de afdeling. Twaalf verpleegden maken gebruik van de pc. Er is geen rooster gemaakt voor het gebruik van die pc. Als er geen
gesprekken plaatsvinden, kan klager daar soms ’s ochtends terecht. De deur van zijn verblijfsruimte gaat om 07.30 uur open en om 21.40 uur weer dicht. In het weekend zijn de deuren open van 11.00 uur tot 20.00 uur. Hij kan gemiddeld zo’n drie tot vier
uur per week gebruikmaken van een pc en probeert zijn studiemateriaal in die korte tijd te downloaden. Hij zou stukken kunnen uitprinten, maar dat kost hem vijf cent per pagina en dat is een dure aangelegenheid. Hij loopt er wel tegenaan dat de pc
bezet
is of dat hij iets moet bestuderen dat hij nog niet heeft kunnen downloaden. Hij wil er met de andere verpleegden op zijn afdeling geen ruzie over maken. Hij probeert het beste van deze situatie te maken. Gebruik maken van de pc’s in het internetcafé
is
geen optie, omdat hij daarop niet kan inloggen in zijn studieomgeving. Die pc’s zijn voor recreatief gebruik.
Voor zijn studie is een pc noodzakelijk. Met het oog op klagers resocialisatie is het van groot belang dat hij een opleiding volgt. Enige beperking is voorstelbaar. Gewezen wordt op artikel 2, tweede lid, van de Bvt.
Tijdens de tien studie-uren, die klager zijn aangeboden, zou hij niet op de pc kunnen werken. Hij mist dan groepsuren die onderdeel uitmaken van zijn therapeutisch programma. Hij zou tussen 12.00 uur en 13.00/14.00 uur aan zijn studie mogen werken. Dat
was het maximaal haalbare. Klager studeert vijftien tot twintig uur per week. Hij zou liever wat meer willen studeren. Vooral op momenten dat het rustig is op de afdeling.
Niet aangevoerd is dat het bezit van een pc door klager een veiligheidsrisico zou vormen. De inrichting heeft voor resocialisatiedoeleinden voor de studie van klager van het Europees Sociaal Fonds een subsidie ontvangen van € 2.500,=. Een deel hiervan
zou kunnen worden aangewend voor kosten voor controle van klagers pc.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft met zijn mentor gesproken en het was niet nodig om een rooster te maken. Hij kan met sociotherapie afspraken maken. Erkend wordt dat de studie in het belang van klagers resocialisatie is. Bekend is dat het een digitale studie is. Er worden
echter voldoende faciliteiten aangeboden. Er is een computer op de afdeling geplaatst en een in een spreekkamer. Klager kan in het internetcafé niet inloggen op zijn account, maar kan daar wel aan zijn studie werken. Aangeboden is om tien uur per week
arbeid te vervangen door tien studie-uren per week met uitbetaling, maar klager heeft dit afgewezen, omdat hij de behandeling van het beklag wilde afwachten. Ten aanzien van pc’s wordt een terughoudend beleid gehanteerd. Controle van iedere computer is
noodzakelijk. In verband met problemen met de orde en veiligheid is gekozen voor dit beleid. De vrees voor precedentenwerking en het gevaar voor de orde en veiligheid in de inrichting hangen nauw samen. Ergens moet een grens worden getrokken. Anders
willen andere verpleegden ook een pc. Met minder computers is er minder gevaar voor de orde en de veiligheid in de inrichting. Het is bovendien heel tijdrovend om pc’s zorgvuldig te controleren.
Het is juist dat in klagers toentertijd geldende behandelplan niets is opgenomen over het gebruik van een pc. Een verbod wordt ook opgenomen in het behandelplan.

3. De beoordeling
Met betrekking tot a:
Uit artikel 44, tweede lid, Bvt volgt dat in de huisregels kan worden bepaald dat het bezit van bepaalde soorten voorwerpen binnen de inrichting of een bepaalde afdeling verboden is indien dit bezit een gevaar kan opleveren voor de bescherming van de
maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de verpleegde voor de veiligheid van anderen dan de verpleegde of de algemene veiligheid van personen of goederen en/of de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, dan wel voor zover dit zich
niet verdraagt met de aansprakelijkheid van het hoofd van de inrichting voor de voorwerpen.

Volgens artikel 4.1.1 van de ten tijde van het beklag in de inrichting geldende huisregels kunnen voorwerpen door de inrichting verboden worden en is de inrichting bevoegd om computerapparatuur van een verpleegde te onderzoeken. Vervolgens wordt
vastgesteld of de verpleegde het voorwerp wel of niet in zijn bezit mag hebben. In het Protocol computerapparatuur, audiovisuele en communicatiemiddelen wordt nauwkeurig beschreven hoe de regels hieromtrent zijn.

In het toentertijd geldende Protocol computerapparatuur, audiovisuele en communicatiemiddelen onder 3. is opgenomen dat uitgangspunt is dat het bezit van computerapparatuur verboden is in het kader van de handhaving van de orde en veiligheid in de
inrichting en de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de verpleegde of de algemene veiligheid van personen of goederen, tenzij in het behandelplan anders is bepaald.

In klagers behandelplan dat gold op het moment van het indienen van het beklag is niets opgenomen over het bezit van computerapparatuur. Uit het behandelplan blijkt wel dat er bijzondere aandacht is voor het volgen van educatie (van passend niveau)
door
klager. In dit verband is hij met toestemming van de inrichting begonnen met een studie rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit.

Het is algemeen bekend dat een studie aan de Open Universiteit een sterk digitaal karakter heeft. Dit betekent dat klager voor zijn studie aangewezen is op het gebruik van een computer. De in het kader van de uitvoering van het behandelplan gegeven
toestemming voor het volgen van de studie brengt mee dat de inrichting klager de gelegenheid moet bieden om in voldoende mate gebruik te kunnen maken van een computer. Klager heeft aannemelijk gemaakt dat de door de inrichting geboden gelegenheid tot
computergebruik niet voldoende is. Gelet hierop is de afwijzende beslissing op klagers verzoek om hem toe te staan om een pc aan te schaffen en in zijn verblijfsruimte te houden onvoldoende gemotiveerd.

De beroepscommissie onderkent dat de inrichting belang heeft bij het voorkomen van precedentwerking. In dit geval is echter door de inrichting niet aangegeven dat ten aanzien van klager een veiligheidsrisico zou gelden.
Aanvankelijk is door het personeel van de inrichting een afdelingscomputer in klagers verblijfsruimte gezet om zijn studie te faciliteren en vervolgens is die computer weer van zijn kamer verwijderd. Naar het oordeel van de beroepscommissie worden
klager na het weghalen van de pc uit zijn verblijfsruimte onvoldoende alternatieve faciliteiten geboden. De toegekende uren voor computergebruik tijdens de lunchpauze acht de beroepscommissie onvoldoende passend.

Het voorgaande leidt tot de slotsom dat het beroep op dit punt gegrond is en de bestreden uitspraak in zoverre moet worden vernietigd met gegrondverklaring van het beklag. Nu de rechtsgevolgen van de beslissing ongedaan zijn te maken, zal de
beroepscommissie geen tegemoetkoming vaststellen

Met betrekking tot b:
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve op dit punt ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie zal in zoverre worden bevestigd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep vermeld onder a. gegrond, vernietigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag gegrond. Zij kent klager ter zake geen tegemoetkoming toe. Zij verklaart het beroep vermeld onder b.
ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. G.L.M. Urbanus, voorzitter, mr. R.M. Maanicus en drs. J.E. Wouda, leden, in tegenwoordigheid van
mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 27 juni 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven