Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/0379/SGA, 13 februari 2014, schorsing
Uitspraakdatum:13-02-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 14/379/SGA
Betreft : [verzoeker] datum: 13 februari 2014

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. M. Schwab, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van een tweetal beslissingen van de directeur van voormelde inrichting te weten:
a. een beslissing van 29 januari 2014, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een strafcel, ingaande op 29 januari 2014 om 09.15 uur en eindigend op 12 februari 2014 om 09.15 uur, wegens – kortweg –
het
weigeren van opdrachten van het personeel, het uitdagen en plegen van fysieke agressie jegens het personeel, het niet meewerken aan plaatsing in een afzonderingscel en het bedreigen van het personeel;
b. een beslissing van 30 januari 2014, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een strafcel, ingaande op 12 februari 2014 om 09.15 uur en eindigend op 26 februari 2014 om 09.15 uur, wegens het bij
herhaling uiten van ernstige bedreigingen naar de directeur.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 11 februari 2014 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 12 februari 2014.

1. De beoordeling
Ten aanzien van onderdeel a:
Uit de inlichtingen van de directeur komt naar voren dat de opgelegde disciplinaire straf afliep op 12 februari 2014 om 09.15 uur.

Nu de beslissing tot oplegging van de bestreden disciplinaire straf niet meer ten uitvoer wordt gelegd, zal het verzoek niet meer tot het door verzoeker beoogde resultaat kunnen leiden. Verzoeker heeft daarom geen belang meer bij een toewijzing van het
verzoek zodat het verzoek daarom in zoverre moet worden afgewezen.

Ten aanzien van onderdeel b:
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval. Uit de inlichtingen van de directeur, waaronder het verslag van 29 januari 2014 wordt begrepen, wordt voldoende aannemelijk dat verzoeker zeer
ernstige bedreigingen heeft geuit jegens de directeur. Gelet daarop kon – naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – de directeur, in weerwil van het feit dat aan verzoeker kort tevoren al een disciplinaire straf van veertien dagen strafcel was
opgelegd, in redelijkheid beslissen om onderhavige disciplinaire straf op te leggen. Ook dit onderdeel van het verzoek zal daarom worden afgewezen.

De voorzitter heeft nadrukkelijk onder ogen gezien dat door afwijzing van het schorsingsverzoek verzoeker feitelijk 28 aaneengesloten dagen in een afzonderingscel verblijft hetgeen door de voorzitter als zeer onwenselijk wordt beoordeeld. Aan de andere
kant kan het ook niet zo zijn dat een gedetineerde tijdens het verblijf in een afzonderingscel “immuun” is voor verdere disciplinaire straffen als zijn gedrag daar aanleiding toe zou geven. De voorzitter gaat er van uit dat bij een voortgaande
escalatie
gezocht wordt naar oplossingen liggende buiten de disciplinaire straffen, zoals bijvoorbeeld herplaatsing elders.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 13 februari 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven