nummer: 13/3756/GA
betreft: [klager] datum: 1 april 2014
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 31 oktober 2013 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van genoemde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de omstandigheid dat klager wenst dat de inrichting zijn – door personeel
vernielde – schoen laat repareren dan wel dat hij het bedrag dat hij voor de schoen heeft betaald van de inrichting terug krijgt.
De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft aangegeven dat hij niet de kans heeft gehad om een mondelinge toelichting te geven en dat hij dat graag alsnog zou willen doen.
De directeur heeft daar niet schriftelijk op gereageerd.
3. De beoordeling
Klager heeft aangegeven de zaak mondeling te willen toelichten omdat hij zijn verhaal niet heeft kunnen doen. De beroepscommissie wijst dit verzoek van klager af nu enige onderbouwing daarvoor ontbreekt. De beroepscommissie acht zich voldoende
ingelicht
om op het beroep te beslissen.
Met klager, die had aangegeven dat zijn schoen tijdens een spitactie door personeel zou zijn vernield en die daarvoor het voordeel van de twijfel was gegund, is afgesproken dat hij de betreffende schoen mocht uitvoeren en later weer mocht invoeren,
vergezeld van de bon van de reparatie.
Het op 13 september 2013 hiervoor ingestelde beklag heeft klager toen ingetrokken. Op
1 oktober 2013 heeft klager terzake alsnog beklag ingesteld. Hij wil dat de p.i. zijn schoen laat repareren dan wel dat hij het geld dat hij voor de schoen heeft betaald, terug krijgt. De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard omdat de
directeur, mede gelet op het gegeven dat er een passende oplossing is geboden voor het feit dat personeel in alle waarschijnlijkheid klagers schoen heeft vernield, heeft voldaan aan zijn zorgplicht. Nu klager, zoals hij onweersproken heeft gesteld,
niet
in de gelegenheid is (geweest) om zijn schoen uit te voeren en te laten repareren waardoor de grondslag aan de intrekking van zijn eerder ingediend beklag is komen te ontvallen, kan klager in zijn klacht worden ontvangen.
Gelet op alle omstandigheden van het geval, zal de beroepscommissie de directeur van de p.i. opdragen om binnen twee weken na ontvangst van deze uitspraak opdracht te geven tot reparatie van de schoen, daarvan de volledige kosten te dragen en
vervolgens
de schoen terug te geven aan klager.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij draagt de directeur van de p.i. op om binnen twee weken na ontvangst van deze uitspraak opdracht te geven tot
reparatie van de schoen, daarvan de volledige kosten te dragen en vervolgens de schoen terug te geven aan klager.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. F.G. Bauduin en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
B.A. Bogaars, secretaris, op
secretaris voorzitter