Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3086/GB, 18 november 2013, beroep
Uitspraakdatum:18-11-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/3086/GB

Betreft: [klager] datum: 18 november 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. de Reus, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 18 september 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Lelystad ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 13 februari 2008 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de p.i. Dordrecht. Op 23 augustus 2013 is hij overgeplaatst naar de p.i. Lelystad, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager wenst overgeplaatst te worden naar de p.i. Krimpen aan den IJssel. In de p.i. Krimpen aan den IJssel wordt de geïndiceerde Cova+-training aangeboden. Klager kan in de p.i.
Lelystad
geen bezoek ontvangen en is ver van huis.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Klager heeft een strafoverplaatsing gehad vanwege het uiten van bedreigingen naar het personeel en het inbreken in het personeelsvertrek. Bij klagers overplaatsing is
geen rekening gehouden met zijn wensen maar met de beschikbare capaciteit. Het feit dat klager de Cova+-training wil volgen doet hier niet aan af.

4. De beoordeling
4.1. De p.i. Lelystad is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Op 15 augustus 2013 heeft klager een disciplinaire straf opgelegd gekregen van 14 dagen opsluiting in een strafcel. Klager heeft bedreigingen geuit naar het personeel en heeft met zijn gedrag de orde, rust en veiligheid in de inrichting ernstig
verstoord. Nu de veiligheid van het personeel en klagers medegedetineerden niet meer gegarandeerd kon worden was een spoedige overplaatsing naar een andere inrichting geboden. Klager heeft onvoldoende feitelijk onderbouwd waarom hij geen bezoek kan
ontvangen in de p.i. Lelystad. Gelet op het vorenstaande kan de beslissing van de selectiefunctionaris niet onredelijk worden geacht. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van M.E.H. Nijp, secretaris, op 18 november 2013

secretaris voorzitter

Naar boven