Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3279/GB, 11 november 2013, beroep
Uitspraakdatum:11-11-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/3279/GB

Betreft: [klager] datum: 11 november 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. L. van Dijk, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 1 oktober 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) Alphen aan den Rijn afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 9 april 2013 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. van de locatie De Karelskamp te Almelo.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager verblijft ver van zijn familie en vriendin, die woonachtig zijn in Zoetermeer en in de nabije omgeving van Zoetermeer, waardoor klager, vanwege de reisduur, minder bezoek ontvangt. Klager
zit al geruime tijd in voorlopige hechtenis in Almelo. Overplaatsing naar de omgeving van Zoetermeer betekent dat klager frequenter en meer bezoek kan ontvangen. Het is van belang dat klager regelmatig contact met zijn familie kan onderhouden, onder
andere om praktische zaken te regelen en daarnaast ook om de familiebanden te onderhouden. Na zijn detentie wil klager zich wederom vestigen in Zoetermeer. Hier moet op geanticipeerd worden.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Het beleid is dat, omwille van de beschikbaarheid voor de rechtsgang en de transportkosten, preventief gehechten zoveel mogelijk worden geplaatst in de omgeving van het arrondissement van insluiting. Klager is ingesloten voor het arrondissementsparket
in Zwolle. Slechts in bijzondere gevallen kan een uitzondering worden gemaakt op dit plaatsingsbeleid. In klagers situatie is er onvoldoende aanleiding om een uitzondering te maken. Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie. Klagers
strafzaak is behandeld op de zitting van 5 november 2013. Na het vonnis in eerste aanleg kan klager zijn voorkeur uitspreken voor een eventuele vervolginrichting.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Voor de selectie van gedetineerden geldt het uitgangspunt dat voorlopig gehechten, gelet op het belang van een goede rechtsgang, in een h.v.b. worden geplaatst in dan wel nabij het arrondissement van vervolging. Bij aanwezigheid van bijzondere
omstandigheden kan op dit plaatsingsbeleid een uitzondering worden gemaakt. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de bezoekproblemen kan niet als een bijzondere omstandigheid worden aangemerkt. Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van
detentie en bovendien blijkt uit de toelichting van de selectiefunctionaris dat klager niet verstoken blijft van bezoek. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking
komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van M.E.H. Nijp, secretaris, op 11 november 2013

secretaris voorzitter

Naar boven