Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/2868/GB, 17 oktober 2013, beroep
Uitspraakdatum:17-10-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/2868/GB

Betreft: [klager] datum: 17 oktober 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. K. Canatan, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 21 augustus 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in Amsterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 11 juni 2013 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. van de penitentiaire inrichting (p.i.) Haarlem.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Er is uitgegaan van een onjuiste feitelijke veronderstelling, namelijk dat de afstand tussen de p.i. Haarlem en het parket dat klager vervolgd korter is dan die tussen de gewenste locatie in
Amsterdam en het parket. Klager is preventief gehecht voor het arrondissementsparket Noord-Holland. Het h.v.b. van de locatie Havenstraat ligt dichterbij het parket dan het h.v.b. van de p.i. Haarlem. Daarnaast is het voor klagers zus en nichtje lastig
om op bezoek te komen. Klagers zus is slecht ter been en beschikt niet over voldoende financiële middelen. Ondanks dat de medische stukken ter onderbouwing hiervan ontbreken, kan de selectiefunctionaris niet uitgaan van de onjuistheid van de
mededeling.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Het h.v.b. van de locatie Havenstraat ligt dichterbij het arrondissementsparket dan het h.v.b. van de p.i. Haarlem. Voor het h.v.b. van de locatie Havenstraat geldt echter een opnamestop omdat de locatie per 1 oktober 2013 is gesloten. Klager dient dan
overgeplaatst te worden naar het h.v.b. van de p.i. Amsterdam Over-Amstel. Deze inrichting ligt verder weg dan de p.i. Haarlem van het arrondissementsparket. Klager heeft in de p.i. Haarlem reeds twee keer bezoek ontvangen. Daarnaast is er geen advies
van het Bureau Individuele Medische Advisering gevraagd.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Wat er ook zij van de door klager aangevoerde
argumenten over de kortere reisafstand naar het h.v.b. van de locatie Havenstraat, door klager zijn geen verdere gegevens overlegd waaruit kan blijken dat bezoek in de p.i. Haarlem feitelijk onmogelijk is. Daar komt bij dat bezoekproblemen in bepaalde
mate nu eenmaal inherent zijn aan het ondergaan van detentie en slechts bij uitzondering kunnen leiden tot de noodzaak tot overplaatsing. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van M.E.H. Nijp, secretaris, op 17 oktober 2013

secretaris voorzitter

Naar boven