Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1919/GB, 27 augustus 2013, beroep
Uitspraakdatum:27-08-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/1919/GB

Betreft: [klager] datum: 27 augustus 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.F.M. Geeratz, namens

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een op 13 juni 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster gericht tegen de beslissing haar te plaatsen in de gevangenis van de locatie Ter Peel te Sevenum ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klaagster is sedert 7 september 2012 gedetineerd. Zij verbleef in het huis van bewaring van de locatie Ter Peel te Sevenum. Op 5 juni 2013 is zij geplaatst in de gevangenis van de locatie Ter Peel, waar een regime van algehele gemeenschap
geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klaagster is het beroep als volgt toegelicht. Klaagster is het niet eens met haar plaatsing in de gevangenis van de locatie Ter Peel en wenst overgeplaatst te worden naar een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.). De
selectiefunctionaris
heeft zich laten leiden door de uitspraak in eerste aanleg. In eerste aanleg is klaagster verplicht reclasseringscontact opgelegd en het verblijven in een instelling voor begeleid wonen. In het reclasseringsadvies van 7 mei 2013 wordt geadviseerd om
deze woonvoorwaarde te laten vervallen. Klaagster heeft een door de reclassering goedgekeurd verblijfsadres bij haar tante. Haar resocialisatie zou bij haar tante plaats kunnen vinden. Klaagsters dochter komt eind juli 2013 naar Nederland en zal bij
klaagsters tante gaan wonen. Door middel van overplaatsing naar een b.b.i. zal klaagster de band met haar dochter en familie weer op kunnen bouwen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Het bureau selectie- en detentiebegeleiding (b.s.d.) van de locatie Ter Peel heeft de selectiefunctionaris laten weten dat de directeur van de locatie Ter Peel
klaagster
nog steeds ongeschikt acht voor een verblijf in een b.b.i. Het Openbaar Ministerie en de reclassering (in het Binnen Beginnen Plan van 10 april 2013) adviseren beide negatief ten aanzien van klaagsters overplaatsing naar een b.b.i. Op dit moment is de
reclassering bezig met het opstellen van een nieuw advies. Het nieuwe reclasseringsadvies zal gebruikt worden voor de behandeling van klaagsters zaak in hoger beroep. Behandeling wordt van groter belang geacht en de reclassering wijst daarbij ook op
het
feit dat de rechtbank in eerste aanleg een duidelijke uitspraak heeft gedaan met betrekking tot een behandeling en wanneer die plaats zou moeten vinden. Indien in dit nieuwe reclasseringsadvies een helder behandelplan is opgenomen dat ook in de periode
van detentiefasering uitgevoerd kan worden en wat gesteund wordt door de uitspraak in hoger beroep, kan klaagster in aanmerking komen voor detentiefasering. Uit telefonisch contact met de selectiefunctionaris blijkt dat bij het b.s.d. van de locatie
Ter
Peel het nieuwe reclasseringsadvies nog niet binnen is. Dit nieuwe reclasseringsadvies moet duidelijkheid scheppen tussen het reclasseringsadvies van Binnen Beginnen en het advies van Novadic Kentron. De selectiefunctionaris stelt dat het nieuwe
reclasseringsadvies moet worden afgewacht, alvorens klaagster in aanmerking zou kunnen komen voor detentiefasering.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de locatie Ter Peel is een inrichting voor vrouwen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klaagster, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. In het reclasseringsadvies Binnen Beginnen van 10 april 2013 wordt geadviseerd klaagster te laten verblijven in een instelling voor begeleid wonen. In het beknopte reclasseringsadvies van Novadic Kentron van 7 mei 2013 wordt echter geadviseerd
de eerder opgelegde bijzondere woonvoorwaarden te laten vervallen. De beroepscommissie is van oordeel dat de selectiefunctionaris in redelijkheid heeft kunnen oordelen dat klaagster, gelet op de tegenstrijdige reclasseringsadviezen, vooralsnog niet in
aanmerking komt voor plaatsing in een inrichting met een beperkt beveiligingsniveau. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of
onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van C.M.E. Taverne, secretaris, op 27 augustus 2013

secretaris voorzitter

Naar boven