Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1474/GA, 23 augustus 2013, beroep
Uitspraakdatum:23-08-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Urinecontrole  v

Uitspraak

nummer: 13/1474/GA

betreft: [klager] datum: 23 augustus 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. K.M.S. Bal, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 26 april 2013 van de beklagcommissie bij de locatie Norgerhaven te Veenhuizen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Norgerhaven in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de wijze waarop de urinecontrole werd afgenomen en het niet kunnen douchen voor het bezoekmoment.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. De door de medische dienst aan klager verstrekte plastabletten werkten niet naar behoren. Uitgezocht dient te worden wat klagers medische situatie is
en of op de indicatie van de medische dienst uitzonderingen mogelijk zijn.

De directeur verwijst naar de standpunten zoals hij eerder verwoord heeft in zijn verweer aan de beklagcommissie.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. De beroepscommissie neemt hierbij in aanmerking dat volgens de medische dienst klager na verstrekking van
medicatie in staat moet zijn om te urineren. Niet gebleken is dat de procedureregels van de urinecontrole niet in acht zijn genomen. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. M.M. van der Nat, leden, in tegenwoordigheid van C.M.E. Taverne, secretaris, op 23 augustus 2013

secretaris voorzitter

Naar boven