Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1408/JB, 19 augustus 2013, beroep
Uitspraakdatum:19-08-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/1408/JB

Betreft: [klager] datum: 19 augustus 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. B.J. Visser, namens

[...], geboren op 28 juli 1993, verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 22 april 2013 van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 24 juli 2013, gehouden in de justitiële jeugdinrichting inrichting (j.j.i.) De Heuvelrug, locatie Eikenstein te Zeist, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. B.J. Visser, en de senior
selectiefunctionaris [...] en [...] , medewerker juridische zaken .

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het verzoek van klager tot overplaatsing naar de j.j.i. De Hartelborgt te Spijkenisse afgewezen.

De feiten
Klager verblijft sinds 11 oktober 2012 in de j.j.i. Rentray (Rentray) te Lelystad op een groep voor licht verstandelijk beperkte jongeren (LVB).

2. De standpunten
Door en namens klager is het beroep tegen de beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Volgens klager is zijn IQ vastgesteld op 72 en hij hoort niet thuis op een LVB groep.
Als klagers bezoek in de buurt zou wonen zou hij geen bezwaar hebben tegen zijn plaatsing op een LVB groep in Rentray. Klagers vriendin komt af en toe langs en klagers moeder is nu ongeveer zes keer op bezoek geweest Als zij dichterbij zouden wonen
zullen ze vaker op bezoek komen. Klager heeft zijn kind al heel lang niet gezien. Klagers moeder heeft geen geld om de reis naar Lelystad te betalen. Klagers behandelcoördinator, volgens klager is haar voornaam [M.], heeft tegen klager gezegd dat hij
te
goed is voor een LVB-groep en daar niet thuis hoort. Klager moet de kans krijgen om zich te bewijzen op een reguliere groep. Klager dreigt in een sociaal isolement te geraken bij een langer verblijf in Rentray. De negatieve beslissing omtrent klagers
overplaatsing strookt niet met het recht op ‘family life’ uit artikel 8 EVRM. Het zal ook beter met klager gaan als hij meer bezoek krijgt. Ten aanzien van het gestelde dat klager zijn agressie niet kan reguleren wordt aangegeven dat klager zeer
gefrustreerd is door zijn huidige detentiesituatie. Het gedrag dat hij sporadisch vertoont is alleen een uiting van de frustraties die hij ondervindt daar hij in een sociaal isolement lijkt te geraken. Het advies van Rentray is grotendeels gebaseerd op
gedateerde rapportages (van 27 oktober 2011 en 28 november 2012).

De medewerker juridische zaken en de selectiefunctionaris hebben inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
Klagers totale IQ (TIQ) is op 28 november 2012 vastgesteld op 70 en klager komt in aanmerking voor de landelijke bestemming LVB in Rentray. Het komt voor dat jeugdigen met een IQ van boven de 70 ook op een LVB-groep worden geplaatst. Er is een
wachtlijst voor plaatsing op een LVB-afdeling. Er zijn twee j.j.i.’s aangewezen voor de plaatsing van LVB-jeugdigen, te weten de inrichtingen Rentray en Juvaid te Veenhuizen. Laatstgenoemde inrichting gaat per 1 januari 2014 dicht.
Op een LVB-afdeling wordt in het programma rekening gehouden met de mogelijkheden van de jeugdigen die daar verblijven. Voorts wordt door Rentray bevestigd dat klager daar op zijn plaats zit. Het is niet de wens van de behandelcoördinator, zoals de
raadsman stelt, die hier prevaleert, echter wel het feit dat uit beschikbare informatie blijkt dat het voor klagers behandeling en zorg beter is. Er is begrip voor de bezoekproblemen, maar klagers belang weegt zwaarder.
Door zijn cognitieve beperkingen heeft klager behoefte aan herhaling, begeleiding en duidelijkheid. Klager heeft cognitieve beperkingen en op een LVB-groep kan hem de beste zorg worden geboden. Een overplaatsing naar j.j.i. De Hartelborgt is niet in
klagers belang.
Rentray spant zich in om bezoek mogelijk te maken. Een medewerker van het maatschappelijk werk is bij klagers moeder langs geweest en er zal een vervolgafspraak gemaakt worden bij de gemeente langs te gaan voor het aanvragen van bijzondere bijstand.
Klager ontvangt bezoek en door de inspanningen van de inrichting zal naar verwachting de frequentie van het bezoek omhoog gaan. Op het moment dat begeleid verlof opgestart kan worden zal dit verlof zich in de eerste plaats richten op bezoek naar
moeder,
vriendin en kind.

3. De beoordeling
Bij brief van 31 juli 2013 heeft de beroepscommissie de directeur van Rentray gevraagd na te gaan of het door klager ter zitting gestelde dat de behandelcoördinator hem had verteld dat hij eigenlijk te goed is voor een LVB-groep en daar niet thuis
hoort, juist is. Op 6 augustus 2013 heeft klagers behandelcoördinator R. telefonisch aan de secretaris van de beroepscommissie bericht dat zij blijft bij haar advies van 4 juni 2013. Zij heeft klager nooit verteld dat hij niet thuis hoort op een
LVB-groep. Volgens de behandelcoördinator is er niemand werkzaam in Rentray met de naam [M.]. De beroepscommissie acht derhalve niet aannemelijk geworden dat aan klager een dergelijke mededeling is gedaan.

Uit de uitslagen van de diverse IQ testen, de pro-justitia rapporten van psycholoog B. en psychiater K. van 26 november respectievelijk 29 november 2012 en de informatie van de behandelcoördinator R. van Rentray is gebleken dat klager op LVB-niveau
functioneert. Klager verblijft sinds 11 oktober 2012 op een LVB-groep. Uit de brieven van klagers behandelcoördinator aan de selectiefunctionaris van 15 maart en 4 juni 2013 komt naar voren dat klager moeite heeft zijn agressie te reguleren. Een aanpak
waarbij voorbespreken, voorstructureren en herhalen belangrijk zijn, lijkt ervoor te zorgen dat klager minder fysieke agressie laat zien. Het is belangrijk dat klager op zijn niveau wordt aangesproken en klager overzicht wordt geboden, om de onrust te
verminderen. De Hartelborgt heeft geen bestemmingsaanwijzing als inrichting voor behandeling van LVB-jongeren en een overplaatsing naar die inrichting is dan ook gelet op het bovenstaande niet aangewezen. .

Uit de stukken en het ter zitting verhandelde is gebleken dat klager bezoek van zijn vriendin en moeder ontvangt en het recht op family-life, zoals bedoeld in artikel 8 van het EVRM, wordt daardoor niet geschonden. Voorts zal het maatschappelijk werk
klagers moeder helpen bij het aanvragen van bijzondere bijstand voor de reiskosten naar Lelystad.

Gelet op het voorgaande kan de beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet onredelijk of onbillijk worden genoemd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M.J.C. Koens, voorzitter, mr. E. Lucas en mr.drs. L.C. Mulder, leden, bijgestaan door mr. S.A.H. de Bruin,
secretaris, op 19 augustus 2013

secretaris voorzitter

Naar boven