Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1757/GB, 9 augustus 2013, beroep
Uitspraakdatum:09-08-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/1757/GB

Betreft: [klager] datum: 9 augustus 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. K.C. van Hoogmoed, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 22 mei 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Klager is, bijgestaan door zijn raadsvrouw, op 27 juni 2013 door een lid van de Raad gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de locatie Zuyderbos te Heerhugowaard ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 11 mei 2012 gedetineerd. Hij verbleef in de beperkt beveiligde
inrichting (b.b.i.) van de locatie Westlinge. Op 3 april 2013 is hij geselecteerd voor de gevangenis van de locatie Zuyderbos, een normaal beveiligde inrichting met een regime van algehele gemeenschap.

2.2. Bij uitspraak van 1 juli 2013, met nummer 2013/174, van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Westlinge, is klagers beklag betreffende een disciplinaire straf van vijf dagen opsluiting in een strafcel vanwege een te laag
kreatininegehalte om formele redenen gegrond verklaard. Inhoudelijk heeft de beklagrechter overwogen dat het lage kreatininegehalte niet kan worden verklaard door een bijzondere omstandigheid. De directeur heeft derhalve in redelijkheid kunnen
concluderen dat er sprake was van fraude. Klager en de directeur zijn niet in beroep gekomen waardoor deze uitspraak onherroepelijk is geworden.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Bij klager is na zijn bezoek aan het ziekenhuis een urinecontrole afgenomen. Hij heeft daaraan voorafgaand drie consumpties genomen. Onderweg naar het ziekenhuis koffie, in het
ziekenhuis
een blikje cola en op de terugweg een Red Bull. Voor zijn terugkeer naar de inrichting heeft klager nog moeten plassen. Klager wist dat hij na terugkeer in de inrichting een urinecontrole moest ondergaan. Dit is namelijk een standaardprocedure als men
de inrichting tijdelijk heeft verlaten. Klager was ervan op de hoogte dat hij niet teveel moet drinken voor een urinecontrole. Klager is geschrokken van de uitslag. Hij heeft na een urinecontrole nooit positief gescoord.
Het is niet netjes geweest van de selectiefunctionaris een beslissing te nemen zonder klager te horen. Hieraan wil klager echter geen consequenties verbinden. De beklagzaak tegen de opgelegde disciplinaire straf houdt verband met de urinecontrole en is
op 18 juni 2013 door de beklagcommissie behandeld. Er is nog geen uitspraak bekend. De raadsvrouw stelt dat klager niet heeft gefraudeerd, maar dat er sprake is van bijzondere omstandigheden. Het drinken van koffie met cafeïne en Red Bull heeft
namelijk
een negatieve invloed op het kreatininegehalte. Ter onderbouwing heeft zij ter zitting van de beroepscommissie informatie over creatine overgelegd. De gedeco heeft gedetineerden gewaarschuwd geen Red Bull te drinken. Klager verwijst tevens naar de
uitspraak van de beroepscomissie van 10 november 2006, 06/2026/GA, waarin ook sprake was van een bijzondere omstandigheid. Ook in die zaak had de gedetineerde veel te verliezen bij fraude. Klager wil werken aan zijn toekomst. Dit had meegewogen moeten
worden bij de beslissing. Verder is klager niet de gelegenheid geboden vier uur later nogmaals te urineren. Voorts is voor het bevestigingsonderzoek gebruik gemaakt van hetzelfde urinemonster.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Bij een urinecontrole bleek klager een te laag kreatininegehalte te hebben, hetgeen duidt op fraude. Frauderen met urinecontrole staat volgens het
drugsontmoedigingsbeleid gelijk aan het gebruik van harddrugs. Klager is als gevolg hiervan weggeplaatst uit de inrichting met mogelijkheid tot regimair verlof en geplaatst in een normaal beveiligde inrichting.

4. De beoordeling
4.1. De locatie Westlinge is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie neemt hierbij mede in
overweging dat klager tijdens het horen door een lid van de Raad heeft verklaard dat hij wist dat hij na terugkeer in de inrichting een urinecontrole moest ondergaan en dat hij niet teveel moest drinken voor een urinecontrole. Het beroep zal derhalve
ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Kokee, secretaris, op 9 augustus 2013

secretaris voorzitter

Naar boven