nummer: 13/737/GA
betreft: [klager] datum: 17 juli 2013
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 1 maart 2013 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Veenhuizen,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 10 juni 2013, gehouden in de p.i. Veenhuizen, zijn gehoord klager en [...], juridisch medewerker en [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het verlies van klagers baantje na oplegging van een disciplinaire straf van tien dagen opsluiting in een strafcel die is ingegaan op 23 november 2012 wegens het aantreffen van pornografische films op klagers SD-card reader en
SD-microchip.
De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Reden om in beklag te gaan was het verlies van klagers baantje. De disciplinaire straf was geen probleem. Klager is door de onderwijsmedewerker gezegd dat hij na de straf weer terug kon naar onderwijs, maar na ommekomst van de straf moest hij zijn
sleutels inleveren en was hij zijn baantje kwijt. Niet betwist wordt dat porno is aangetroffen op de SD-card en SD-microchip. Je kunt in de inrichting ook gewoon de Playboy kopen.
Door het verlies van zijn baantje is klager dubbel gestraft.
Door en namens de directeur is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Op 23 november 2012 is de schriftelijke mededeling aan klager uitgedeeld. Klager heeft pas op 4 december 2012, te laat, beklag ingediend. Bijlage 3 bij de huisregels bepaalt dat indien een gedetineerde een disciplinaire straf wordt opgelegd ontslag uit
de binnenbaan de consequentie zal zijn. Het is regel dat de gedetineerde dan zijn binnenbaan kwijt is. Gedetineerden worden geacht de huisregels te kennen.
Uit de schriftelijke mededeling volgt dat binnen zeven dagen beklag dient te worden ingediend.
3. De beoordeling
Uit bijlage 3 bij de huisregels volgt dat indien een gedetineerde betrokken is bij feiten die onverenigbaar zijn met de orde of de veiligheid in de inrichting dan wel met de ongestoorde tenuitvoerlegging van de vrijheidsbeneming of indien een
gedetineerde één of meer voorschriften uit de huisregels heeft overtreden, ontslag uit de binnenbaan de consequentie zal zijn.
Klager wordt geacht bekend te zijn met de inhoud van de huisregels die in ieder geval in de bibliotheek van de inrichting ter inzage liggen en had derhalve zich dienen te realiseren dat de oplegging van de disciplinaire straf op 23 november 2012, de
schriftelijke mededeling is ook op die datum uitgereikt, tot gevolg zou hebben dat hij zou worden ontslagen uit zijn binnenbaan. Tegen deze achtergrond is de enkele mededeling van de onderwijsmedewerker dat klager na zijn straf weer terug kon naar
onderwijs, onvoldoende om daar zodanig gewicht aan te geven dat hij op grond hiervan kon concluderen dat hij zijn baan zou kunnen behouden. Klager had direct moeten reageren, in ieder geval binnen de in artikel 61, vijfde lid, Pbw vermelde termijn. Nu
klager eerst op 4 december 2012 beklag heeft ingediend, is de beroepscommissie van oordeel dat klager niet binnen deze termijn heeft gereageerd. Van overige feiten en omstandigheden op grond waarvan redelijkerwijs kan worden geoordeeld dat klager niet
in verzuim is geweest, is niet gebleken. De beroepscommissie zal derhalve het beroep ongegrond verklaren en de uitspraak van de beklagcommissie bevestigen met wijziging van de gronden.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met wijziging van de gronden.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, drs. R.K. Boelens en ing. M.J. Mulders, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 17 juli 2013
secretaris voorzitter