Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1119/GB, 2 juli 2013, beroep
Uitspraakdatum:02-07-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/1119/GB

Betreft: [klager] datum: 2 juli 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. de Reus, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 april 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) of een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 13 september 2011 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard. Op 17 december 2012 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Ter Apel, waar een regime van
algehele gemeenschap geldt. Het selectieadvies is gegeven op 25 maart 2013. Klager heeft zijn verzoek tot overplaatsing op 3 april 2013 per telefax ingetrokken.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris had klagers verzoek niet inhoudelijk moeten behandelen. In een brief van 3 april 2013 heeft klager zijn verzoek tot overplaatsing naar een b.b.i. of een z.b.b.i.
ingetrokken. Klager heeft zijn verzoek ingetrokken vanwege de verwachte negatieve beslissing van de selectiefunctionaris in verband met de klager opgelegde disciplinaire straffen. De selectiefunctionaris heeft onredelijk en onbillijk gehandeld door
klagers verzoek desondanks inhoudelijk te behandelen. Op grond van artikel 18, vierde lid, van de Pbw geldt voor klager nu de termijn van zes maanden die verstreken moet zijn, alvorens hij een nieuw verzoek tot overplaatsing kan indienen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager heeft drie mobiele telefoons op zijn cel gehad, het gevolg hiervan voor klager was een strafoverplaatsing naar de p.i. Ter Apel. In de p.i. Ter Apel
heeft klager een aantal keren positief gescoord op drugsgebruik. Klager heef laten zien niet met vrijheden/verantwoordelijkheden om te kunnen gaan, dit vormt een contra-indicatie voor overplaatsing naar een b.b.i. of een z.b.b.i. In het geval klager
drie maanden drugsvrij blijft, kan er opnieuw naar klagers verzoek tot overplaatsing gekeken worden. De selectiefunctionaris volgt de negatieve adviezen van de vrijhedencommissie (VC) en het Multi Disciplinair Overleg (MDO) van de p.i. Ter Apel ten
aanzien van klagers overplaatsing. Bovendien heeft klager op 28 april 2013 nogmaals positief gescoord tijdens een urinecontrole.

4. De beoordeling
Uit de stukken blijkt dat klager op 3 april 2013 per telefax zijn overplaatsingsverzoek heeft ingetrokken. De selectiefunctionaris heeft desondanks klagers overplaatsingsverzoek inhoudelijk behandeld door op 4 april 2013 een beslissing te geven. De
beroepscommissie is van oordeel dat klager een belang heeft bij een intrekking van zijn verzoekschrift gelet op artikel 18, vierde lid, van de Pbw waarin is bepaald dat als een verzoekschrift wordt afgewezen, zes maanden na deze afwijzing opnieuw een
dergelijk verzoekschrift kan worden ingediend. Mitsdien is het beroep gegrond. Gelet op artikel 73, vierde lid, in verband met artikel 68, derde lid onder c, van de Pbw volstaat de beroepscommissie met de vernietiging van de bestreden beslissing. De
beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van C.M.E. Taverne, secretaris, op 2 juli 2013

secretaris voorzitter

Naar boven