nummer: 13/871/GA en 13/875/GA
betreft: [klager] datum: 30 mei 2013
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift (nummer 13/871/GA), ingediend door mr. A.P. Visser, namens
[...] verder te noemen klager,
alsmede een beroep (nummer 13/875/GA) van de directeur van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Haaglanden, locatie Zoetermeer,
gericht tegen een uitspraak van 21 februari 2013 van de beklagcommissie bij de p.i. Haaglanden, locatie Zoetermeer
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 22 april 2013, gehouden in de p.i. Rotterdam, locatie De Schie, zijn gehoord klagers raadsman voormeld, en [...], juridisch medewerker bij de locatie Zoetermeer.
Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat er onvoldoende ventilatie is in klagers cel.
De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
13/871/GA:
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft vanaf 16 augustus 2012 en overigens ook daarvoor last gehad van een ondeugdelijke ventilatie. Hierdoor heeft hij fysieke problemen ondervonden. Naar aanleiding van diverse klachten van medegedetineerden en van klager zelf is uiteindelijk
actie ondernomen. Dit heeft er toe geleid dat eerst in het najaar de klachten afdoende verholpen waren. Uit een onderzoek blijkt dat dit pas op 16 november 2012 was. De beklagcommissie had daarom de klacht ten aanzien van de periode daaraan voorafgaand
gegrond moeten verklaren omdat niet gebleken is dat er voordien voldoende maatregelen getroffen zijn de problemen met de ventilatie op te lossen.
13/875/GA:
Namens de directeur is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De directeur is het er niet mee eens dat de wet geen mogelijkheid biedt een compensatie aan de directeur aan te bieden. In casu is de klacht
dermate ongegrond - klager wist immers dat de ventilatie in zijn cel toereikend was - dat sprake is van het maken van misbruik van beklagrecht. Om die reden vindt de directeur dat hem een tegemoetkoming toegekend had moeten worden van € 5,=.
Desgevraagd is namens de directeur aangegeven dat er problemen waren met de ventilatie, maar dat thans alles is vernieuwd. Voorheen waren er inderdaad structurele problemen. Echter op de cel van klager was er blijkens de meting geen probleem met de
ventilatie.
3. De beoordeling
13/871/GA:
Ten aanzien van het beroep van klager wordt vastgesteld dat uit de stukken en het verhandelde ter zitting is komen vast te staan dat er in 2012 op afdeling H van de locatie Zoetermeer sprake was van structurele problemen ten aanzien van de ventilatie.
Die problemen waren zodanig ernstig dat met behulp van de Rijksgebouwendienst de ventilatie is zijn geheel is herzien.
Voorts wordt vastgesteld dat bij een meting verricht op 16 november 2012 in een aantal cellen de ventilatie niet voldoende was. Dat gold niet voor de cel van klager die op die dag wel voldeed aan de daaraan te stellen normen.
Vervolgens wordt vastgesteld dat klager het in zijn klacht en beroep heeft over problemen met de ventilatie gedurende een periode voorafgaand aan 16 november 2012. Niet valt uit te sluiten, gelet op de omvang van de problemen, dat ten tijde van het
indienen van de klacht in augustus 2012 de ventilatie al langere tijd te wensen overliet. Niet is aangetoond of aannemelijk gemaakt dat de ventilatie op dat moment op klagers cel wel voldoende was geweest.
Gelet hierop zal het beroep van klager gegrond worden verklaard. Nu niet is gebleken of klager daadwerkelijk als gevolg daarvan problemen zou hebben ondervonden en waar deze dan concreet uit zouden hebben bestaan, ziet de beroepscommissie geen
aanleiding voor het toekennen van een tegemoetkoming.
13/875/GA:
Ten aanzien van het beroep van de directeur wordt overwogen dat de Pbw geen mogelijkheid kent een directeur een tegemoetkoming toe te kennen indien er naar zijn idee sprake is van misbruik van beklagrecht, hetgeen overigens niet valt aan te tonen. Een
redelijke wetsuitlegging brengt ook niet mee dat de door de directeur gesuggereerde mogelijkheid zou moeten bestaan.
De directeur kan dan ook niet worden ontvangen in zijn beroep tegen het niet toekennen van een tegemoetkoming.
4. De uitspraak
13/871/GA:
De beroepscommissie verklaart het beroep van klager gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager geen tegemoetkoming toekomt.
13/875/GA:
De beroepscommissie verklaart de directeur niet-ontvankelijk in het beroep tegen het niet toekennen van een tegemoetkoming.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. F.G. Bauduin, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 30 mei 2013.
secretaris voorzitter