Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/269/GA,13/299/GA,13/300/GA,13/302 t/m 13/304/GA, 2 mei 2013, beroep
Uitspraakdatum:02-05-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/269/GA, 13/299/GA, 13/300/GA, 13/302/GA, 13/303/GA en 13/304/GA

betreft: [klager] datum: 2 mei 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen de uitspraken van 18 januari 2013 van de alleensprekende beklagrechter bij het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) locatie Maastricht, betreffende:
a. het feit dat klager dagelijks 20 uur op zijn cel moet blijven, dat hij te weinig zorg en ondersteuning krijgt en dat hij alle praktische zaken in recreatietijd moet regelen (kenmerk in beklag: O 2012/000170, kenmerk in beroep: 13/269/GA);
b. het hem opgelegde individuele kamerprogramma en het feit dat hij niet deel mag nemen aan de huiskamerbespreking (kenmerk in beklag: O 2012/000157, kenmerk in beroep: 13/299/GA);
c. het feit dat beloproepen vaak te laat worden beantwoord (kenmerk in beklag: O 2012/000173, kenmerk in beroep: 13/300/GA);
d. het feit dat er te weinig voeding wordt verstrekt en dat de prijzen van de producten in de winkel te hoog zijn (kenmerk in beklag: O 2012/000172, kenmerk in beroep: 13/302/GA);
e. het feit dat klager te lang heeft moeten wachten op een consult van de medische dienst of psychiater en dat hij geen medicatie krijgt verstrekt (kenmerk in beklag: O 2012/000174, kenmerk in beroep: 13/303/GA);
f. het feit dat er tijdens groepscorvee te weinig begeleiding of aansturing wordt geboden door de groepsleiding (kenmerk in beklag: O 2012/000171, kenmerk in beroep: 13/304/GA),

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.

De beklagrechter heeft het beklag als vermeld onder a en b ongegrond verklaard en heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag als vermeld onder c, d, e en f op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Ten overvloede overweegt de beroepscommissie ten aanzien van de klachten als vermeld onder a en b het volgende. Klager verblijft in het PPC van de locatie Maastricht. In het PPC geldt een individueel regime als bedoeld in artikel 22 van de Pbw. In de
Memorie van Toelichting bij dit artikel heeft de wetgever bepaald dat het kenmerk van een individueel regime is dat eventueel per dag kan worden bepaald of en in welke mate een gedetineerde aan gemeenschappelijke activiteiten kan deelnemen. Uit de
wettelijke bepaling en de toelichting hierop volgt dat het de bedoeling is de directeur in de gelegenheid te stellen maatwerk toe te passen bij de invulling van het concrete regime voor een gedetineerde in een individueel regime. De door de directeur
genomen beslissingen met betrekking tot de daginrichting voor klager passen in een dergelijk individueel regime.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraken van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. M.M. van der Nat, leden, in tegenwoordigheid van
K. Dere, secretaris, op 2 mei 2013

secretaris voorzitter

Naar boven