Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/0628/GB, 24 april 2013, beroep
Uitspraakdatum:24-04-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/628/GB

Betreft: [klager] datum: 24 april 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. P. Bonthuis, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 februari 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) van de locatie Groot Bankenbosch te Veenhuizen afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 24 oktober 2011 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de locatie Norgerhaven te Veenhuizen.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft aangegeven bezwaar te hebben tegen plaatsing van klager in een b.b.i., vanwege de voorlichtingsbijeenkomsten die worden georganiseerd voor de benadeelden.
Verloven zouden ongetwijfeld tot maatschappelijke onrust leiden. Klagers vrouw en de politie hebben aangegeven geen bezwaar te hebben tegen een verblijf van klager op het door hem opgegeven verlofadres. Klagers recidiverisico wordt hoog gemiddeld
geschat en de kans op onttrekking aan de voorwaarden laag/gemiddeld. Het Multi Disciplinair Overleg van de locatie Norgerhaven heeft aangegeven geen bezwaar te hebben, omdat klagers detentie gedragsmatig probleemloos verloopt en hij zich aan de
geldende
regels en voorwaarden houdt. De Vrijheden Commissie (VC) van de locatie Norgerhaven heeft echter wel bezwaar, gelet op de slachtofferproblematiek en het hoge recidiverisico. Klager heeft zich op het standpunt gesteld dat er in zijn woonplaats geen
slachtoffers wonen. Uiterlijk 1 juli 2013 dienen klager en zijn gezin hun woning van de bank te verlaten, omdat het huis daarna zal worden geveild. Deze wijzigingen in persoonlijke omstandigheden zouden op grond van art. 25, vierde lid, van de Regeling
selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden, reden moeten zijn voor het opstellen van een nieuw risicoprofiel. Volgens klager heeft de selectiefunctionaris nauwelijks naar zijn dossier gekeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. De VC van de locatie Norgerhaven heeft negatief geadviseerd met betrekking tot klagers plaatsing in een b.b.i. De reclassering schat klagers recidiverisico
hoog/gemiddeld in. Tenslotte heeft het OM aangegeven bezwaar te hebben tegen het verlenen van vrijheden aan klager, in verband met de mediagevoeligheid van klagers strafzaak. Klagers delict heeft maatschappelijke onrust veroorzaakt en voor de
slachtoffers worden nog steeds voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd. Klager geeft zelf aan met opzet te hebben gehandeld en ervaart geen spijt. Indien klager verloven zou genieten, leidt dat ongetwijfeld tot maatschappelijke onrust.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 12 september 2000, nr. 176, pagina 9) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een
belangrijke rol speelt. Indicator bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de
preventieve hechtenis, incidenteel verlof, strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en
achtergrond van het gepleegde delict en de persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.

4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepcommissie neemt hierbij in aanmerking
dat de selectiefunctionaris in redelijkheid heeft kunnen beslissen dat klager, gelet op de negatieve adviezen van het OM en de VC van de locatie Norgerhaven, klagers hoog/gemiddeld ingeschatte recidiverisico en de maatschappelijke onrust die de
verloven
zullen veroorzaken, op dit moment nog niet in aanmerking komt voor vrijheden. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van C.M.E. Taverne, secretaris, op 24 april 2013

secretaris voorzitter

Naar boven