Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3625/TR, 28 maart 2013, beroep
Uitspraakdatum:28-03-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/3625/TR

betreft: [klager] datum: 28 maart 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. G.D. Haytink, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 6 november 2012 van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verder te noemen de Staatssecretaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 februari 2013, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught is namens de Staatssecretaris, mr.[...], werkzaam bij de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Veiligheid en Justitie, gehoord.
Klagers advocaat mr. G.D. Haytink heeft schriftelijk laten weten dat zij en klager geen gebruik zullen maken van de gelegenheid om te worden gehoord ter zitting van de beroepscommissie.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft de machtiging tot het verlenen van transmuraal verlof ingetrokken.

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak van 23 maart 2006 ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege. Bij beslissing van 12 juni 2006 is klager geplaatst in FPC Oldenkotte te Rekken. Vanaf 12 juli 2011
is door de Staatssecretaris machtiging verleend tot het verlenen van transmuraal verlof. De Staatssecretaris heeft deze machtiging op 6 november 2012 ingetrokken met ingang van 11 juli 2012.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep schriftelijk als volgt toegelicht.
De straf is te ingrijpend, onevenredig zwaar en de straf schiet zijn doel voorbij. Klager zal moeten aantonen dat sprake is van een eenmalig incident en dat hij niet weer de fout zal ingaan. Dit kan hij alleen doen als er verlofmogelijkheden worden
gegeven. Klager heeft niet eerder een terugval gehad. Klager heeft een terugslag gehad onder de omstandigheden dat hij zijn kuitbeen had gebroken en in een rolstoel zat. Klager heeft geen strafbare feiten gepleegd en er is geen sprake geweest van
herhalingsgevaar van het indexdelict. Voorts is de beslissing genomen zonder deugdelijk advies van de AVT. Klager acht dit in strijd met de wet.

Namens de Staatssecretaris is inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
De verleende machtiging is ingetrokken, omdat klager de verlofvoorwaarden heeft overtreden. Hij is ongeoorloofd afwezig geweest van ongeveer 9.30 uur tot 22.00 uur. Klager was tijdens zijn afwezigheid telefonisch niet bereikbaar. Klager heeft
aangegeven
dat hij gedurende zijn ongeoorloofde afwezigheid alcohol, coke, hasj, speed en heroïne heeft gebruikt. Dit betekent dat hij zich niet aan de verlofvoorwaarden heeft gehouden. Het indexdelict heeft ook onder invloed van middelen plaatsgevonden. Het
gevolg is dat klager gedurende een jaar niet met verlof mag gaan en dat er tenminste één jaar geen nieuwe machtiging wordt verleend. Dit gevolg treedt in door artikel 17 (lid 4) van de Verlofregeling TBS. Het gevolg van de Verlofregeling TBS is een
politieke keuze geweest. Er is voor gekozen om het belang van een veilige samenleving te laten prevaleren boven de belangen van een ter beschikking gestelde. Ook is uitgegaan van een preventieve werking van de Verlofregeling TBS. Nu klager zich niet
heeft gehouden aan de verlofvoorwaarden, treedt het gevolg in. Dit is niet disproportioneel en klager had dit gevolg kunnen verwachten. Abusievelijk is aan het AVT advies gevraagd over de beslissing tot intrekking van het transmurale verlof. Deze
adviesaanvraag is weer ingetrokken. Voorts wordt verwezen naar jurisprudentie van de beroepscommissie met kenmerknummer 12/903/TR. De termijn van een jaar waarbinnen geen nieuwe verlofmachtiging kan worden verleend is op 11 juli 2012 gaan lopen.

4. De beoordeling
De beslissing van 6 november 2012 is volgens klager op 14 november 2012 aan hem uitgereikt. Nu het beroepschrift is ingediend op 20 november 2012, dus binnen de in artikel 69, vierde lid, juncto artikel 58, vijfde lid, van de Bvt gestelde termijn, kan
klager worden ontvangen in zijn beroep.

Op grond van artikel 53, derde lid, Rvt kan de Staatssecretaris een verlofmachtiging bij overtreding van de verlofvoorwaarden intrekken.

Krachtens artikel 17, vierde lid, Verlofregeling TBS (Stcrt. 2010, nr. 21597, 31 december 2010) wordt, ingeval van intrekking van de machtiging transmuraal verlof naar aanleiding van ongeoorloofde afwezigheid korter dan 24 uur, gedurende tenminste één
jaar geen nieuwe verlofmachtiging verleend, tenzij zwaarwegende persoonlijke omstandigheden zich daartegen verzetten.

In beroep is uitsluitend de beslissing van de Staatssecretaris tot intrekking van klagers verlofmachtiging wegens overtreding van verlofvoorwaarden door klager aan de orde en niet tevens de vraag of sprake is van zwaarwegende persoonlijke
omstandigheden
zoals bedoeld in artikel 17, vierde lid, Verlofregeling TBS.
De beroepscommissie dient op grond van artikel 69, vijfde lid, Bvt in verbinding met artikel 66, tweede lid, Bvt in beroep te beoordelen of deze beslissing in strijd is met de wet dan wel onredelijk of onbillijk is. Daarbij moet naar haar oordeel de
ernst van de overtreding van de verlofvoorwaarden (nog) zorgvuldiger dan voorheen worden afgewogen tegen het belang van klager bij voortzetting van het verlof, welke voortzetting in verband met de verstrekkende consequentie dat (tenminste) een jaar
lang
geen verlofmachtiging wordt verleend, door de intrekkingsbeslissing onmogelijk wordt gemaakt. Daarbij geldt dat ook de samenleving belang heeft bij het niet verstoren van een (op zichzelf) goed lopende resocialisatie.

Vaststaat dat klager op 11 juli 2012 ongeoorloofd afwezig is geweest. Tijdens de ongeoorloofde afwezigheid was klager telefonisch niet bereikbaar. Tevens heeft klager verklaard dat hij verschillende verdovende middelen en alcohol heeft gebruikt. Deze
omstandigheden maken de overtreding van de verlofvoorwaarden in de ogen van de beroepscommissie zodanig ernstig dat de beslissing tot intrekking van de machtiging tot het verlenen van transmuraal verlof niet in strijd is met de wet en evenmin, bij
afweging van alle in aanmerking komende belangen, als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. G.L.M. Urbanus, voorzitter, drs. W.A.T. Bos en mr. R.M. Maanicus, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 28 maart 2013

secretaris voorzitter

Naar boven