Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3570/GV, 13 december 2012, beroep
Uitspraakdatum:13-12-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/3570/GV

betreft: [klager] datum: 13 december 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van,

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 26 november 2012 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager, alsmede zijn raadsman mr. R. Polderman om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De positieve urinecontrole van 5 augustus 2012 betrof een afbouwscore en aan klager is geen sanctie opgelegd. De regimaire verloven zijn goed verlopen. Daarna heeft klager geen drugs meer
gebruikt en de twee volgende urinecontroles waren negatief. Op 27 oktober 2012 was er een positieve urinecontrole. De politie en de inrichting hebben positief geadviseerd ten aanzien van verlof. Het is derhalve onterecht dat het verlof is geweigerd.
Klager heeft in vier maanden twee positieve en twee negatieve urinecontroles gehad. Gelet op het korte strafrestant is het in het kader van de resocialisatie van klager noodzakelijk dat hij op korte termijn meer vrijheden krijgt.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Uit de rapportage van de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden van 7 november 2012 blijkt dat klager op 24 juli, 5 augustus en 27 oktober 2012 een positieve urinecontrole heeft gehad. Een positieve urinecontrole is een contra-indicatie voor het
verlenen van verlof. Ook indien één van deze urinecontroles een afbouwcontrole zou zijn geweest, dan blijven er twee positieve urinecontroles over.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de p.i. Leeuwarden heeft positief geadviseerd ten aanzien van klagers verlofaanvraag in verband met de verjaardag van klagers grootvader voor de periode van 10 tot 12 november 2012. De vrijheden commissie heeft geadviseerd klager
verlof
toe te kennen voor acht uur onder voorwaarde dat hij het verlof doorbrengt op het adres van zijn (groot)ouders en dat hij geen alcohol of drugs gebruikt.

De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Alkmaar en de politie te Hoorn hebben positief geadviseerd.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van drie jaar met aftrek, wegens diefstal met geweldpleging en afpersing.
Klager heeft eerder in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) Westlinge te Heerhugowaard verbleven en daar regimaire verloven genoten. Klager is op 26 juni 2012 in de p.i. leeuwarden geplaatst. Volgens informatie van de secretaris van de
beroepscommissie van 5 december 2012 bij het BSD kan klager voor het einde van zijn detentie nog één verlofaanvraag indienen. Zijn fictieve einddatum is gesteld op 15 februari 2013.

Uit het advies vrijheden van 7 november 2012 volgt dat klager tweemaal recent positief heeft gescoord op grond van urinecontroles.
De beroepscommissie is van oordeel dat voornoemde omstandigheden een forse contra-indicatie vormen voor verlofverlening en dat deze een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigen. Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij
afweging
van alle in aanmerking komende belangen en gelet op de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder c van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond
worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 13 december 2012

secretaris voorzitter

Naar boven