Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2296/GB, 23 augustus 2012, beroep
Uitspraakdatum:23-08-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2296/GB

Betreft: [klager] datum: 23 augustus 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. T. de Bont, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 11 juli 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Krimpen aan den IJssel ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 3 september 2011 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring van de locatie Zoetermeer. Op 9 juni 2012 is hij geplaatst in de gevangenis van de p.i. Krimpen aan den IJssel, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De beslissing is aan klager op 14 juli 2012 uitgereikt. Nu het beroep op 20 juli is ingesteld is klager derhalve ontvankelijk in het beroep. Voorts heeft hij van 17 tot 20 juli 2012 in de
isoleercel verbleven, waardoor zijn raadsman hem niet kon bereiken en geen informatie kon inwinnen over de beslissing op bezwaar. Klager is het niet eens met de beslissing van de selectiefunctionaris om zijn bezwaar ongegrond te verklaren. Hij kan zich
niet vinden in de overwegingen zoals weergegeven in de beslissing. Klager betwist dat hij geen voorkeur heeft geuit voor plaatsing in een gevangenis. Hij wil graag in de locatie Zoetermeer of de p.i. Alpen aan de Rijn worden geplaatst in verband met
het
bezoek van zijn partner en hun tweejarig zoontje. Het is voor alle betrokken partijen belangrijk dat er regelmatig contact is, mede gelet op de resocialisatie als bedoeld in artikel 2 van de Pbw. De reistijd naar de p.i. Krimpen aan den IJssel bedraagt
1,5 uur voor een enkele reis. Dit is voor zijn partner en hun zoontje zeer belastend. Bovendien is het laatste stuk met de boot. Dit heeft geleid tot zeeziekte bij zijn zoontje. Voorts kan zijn partner de financiële lasten voor het vervoer niet dragen.
Klager is gezien het vorenstaande van mening dat er sprake is van een bijzondere omstandigheid die een grond vormt voor overplaatsing.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Klager is in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar. Derhalve komt hij in aanmerking voor plaatsing in een inrichting met een regime van
algehele
gemeenschap. In het selectieadvies staat geen voorkeur van klager vermeld. Klager heeft contacten in de omgeving van Den Haag. De locatie Zoetermeer heeft echter slechts vijftien plaatsen en een lange wachtlijst. Om die reden is besloten klager te
plaatsen in de p.i. Krimpen aan den IJssel. Deze inrichting ligt in dezelfde regio. De reistijd voor zijn bezoek blijft daardoor beperkt. Klager heeft geen vestigingsadres na zijn detentie en zal daarom zich moeten melden bij het daklozenloket.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de p.i. Krimpen aan den IJssel is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel
te kunnen komen. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt De beroepscommissie merkt op dat klager
desgewenst kan verzoeken om plaatsing in de p.i. Alphen aan den Rijn.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
P.A.M. Peters, secretaris, op 23 augustus 2012

secretaris voorzitter

Naar boven