Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0209/TB, 17 augustus 2012, beroep
Uitspraakdatum:17-08-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/209/TB

betreft: [klager] datum: 17 augustus 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van, ingediend door mr. N.A. Heidanus, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 13 januari 2012 van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verder te noemen de Staatssecretaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 juli 2012, gehouden in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Amsterdam Over-Amstel, is gehoord namens de Staatssecretaris, [...], werkzaam bij de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Veiligheid
en Justitie.
Klagers raadsman mr. N.A. Heidanus heeft schriftelijk bericht dat hij en klager niet ter zitting aanwezig zullen zijn.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft het verzoek van klager tot overplaatsing naar een longstayafdeling in een andere kliniek afgewezen.

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijke uitspraak van 21 juni 1985 ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege. Klager is op 5 december 1985 geplaatst in de Dr. H. van der Hoevenkliniek te Utrecht.
Klager is op 14 november 2005 geplaatst in een longstayvoorziening van FPC Veldzicht te Balkbrug.
Bij brief van 14 oktober 2011 heeft klager verzocht om overplaatsing naar een longstayafdeling in een andere kliniek.
De Staatssecretaris heeft dit verzoek bij brief van 13 januari 2012 afgewezen.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Veldzicht heeft wel op wel zeer magere gronden afwijzend gereageerd op klagers verzoek. Klager ziet in FPC Veldzicht geen enkel perspectief meer en heeft al geruime tijd het gevoel volkomen te zijn vastgelopen. Hij heeft hierover gesproken met zijn
hoofdbehandelaar. Ook al zijn de behandelmogelijkheden thans wellicht zeer beperkt, toch moet op termijn perspectief worden gehouden op behandeling, resocialisatie en verlof. Klager is van mening dat hij nodeloos wordt tegengewerkt in de kliniek en hem
slechts zeer beperkte vrijheden worden toegekend. De longstay-setting van FPC Veldzicht is niet de meest aangewezen setting. Klager weet dat een overplaatsing ingrijpend is, maar hij wil graag naar een andere longstay-voorziening met als uitdrukkelijke
voorkeur De Corridor te Zeeland. Klager verwacht in De Corridor de kwaliteit van zijn leven en detentiebestaan te kunnen verbeteren en bovendien betere perspectieven te kunnen realiseren. Volgens klager is eerder tijdens begeleide verloven regelmatig
tegen hem gezegd dat hij wellicht ook onbegeleid verlof zou kunnen realiseren. Hij heeft het gevoel dat er valse verwachtingen worden gewekt.

Namens de Staatssecretaris is inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
In de reactie van 5 januari 2012 heeft FPC Veldzicht gesteld geen behandelinhoudelijke redenen te zien voor overplaatsing. Overplaatsing wordt zelfs contraproductief geacht vanwege klagers complexe problematiek, waardoor hij snel uit zijn evenwicht
raakt. Klager geeft bij tijd en wijle aan overgeplaatst te willen worden en gaat daarbij voorbij aan het feit dat de problemen die hij nu tegenkomt niet zullen veranderen. Als hij overgeplaatst wordt naar een andere kliniek, zal hij ook daar naar een
longstayafdeling gaan. Zelf vindt hij nog steeds dat hij daar niet thuis hoort. Gezien klagers behoefte aan duidelijkheid, structuur en continuïteit volhardt FPC Veldzicht in het eerdere advies klager niet over te plaatsen.
Het advies van de Landelijke Adviescommissie Plaatsing (LAP) van 17 oktober 2011 houdt onder mee in: ‘Betrokkenes stemmingen zijn wisselend en afname van structuur en duidelijkheid zorgen voor een toename van angst, onrust en onmacht.’
Het beroep moet ongegrond worden verklaard.

4. De beoordeling
Bij de overplaatsing van ter beschikking gestelden dient de Staatssecretaris, op grond van artikel 11, tweede lid, van de Bvt in zijn overwegingen te betrekken:
a) de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de ter beschikking gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt, en
b) de eisen die de behandeling van de ter beschikking gestelde gezien de aard van de bij hem geconstateerde gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens stelt.

Het verlengingsadvies van 14 april 2011 van het hoofd van FPC Veldzicht houdt in dat er geen aanwijzingen zijn klager over te plaatsen naar een behandelafdeling en dat klager gebaat is bij een voorspelbare, zoveel mogelijk gestructureerde omgeving
waarin op tijd signalen die wijzen op seksuele overprikkeling, maar ook het overschrijden van de eigen draagkracht, worden opgevangen.
De LAP heeft in haar advies van 17 oktober 2011 geadviseerd klagers longstaystatus voort te zetten.
Uit de reactie van de kliniek van 5 januari 2012 blijkt dat de kliniek van mening is dat klager binnen FPC Veldzicht op zijn plaats is, dat hij bij tijd en wijle overgeplaatst wil worden, maar daarbij voorbij gaat aan het feit dat de problemen die hij
nu ondervindt niet zullen veranderen. Gezien klagers behoefte aan duidelijkheid, structuur en continuïteit acht de kliniek overplaatsing ongewenst.

In het licht van het bovenstaande kan de beslissing tot afwijzing van het verzoek van klager tot overplaatsing, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond
worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.M. van Woensel, voorzitter, drs. W.A.Th. Bos en mr.drs. L.C. Mulder, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 17 augustus 2012

secretaris voorzitter

Naar boven