nummer: 12/2111/GV
betreft: [klager] datum: 13 augustus 2012
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van,
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 4 juli 2012 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),
alsmede van de onderliggende stukken.
De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.
2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft weekendverlof aangevraagd om zijn bankzaken te regelen en om zich bij een woningcoöperatie in te schrijven. Tevens wil hij zijn familiebanden weer aanhalen. Klager is tijdelijk gestopt met terugdringen recidive (TR), omdat hij erg
teleurgesteld was dat de plaatsing in de kliniek Groot Batelaar werd afgewezen. Klager was erg gemotiveerd om daar aan zichzelf te gaan werken. Klagers vertrouwen en motivatie heeft een deuk gekregen, waardoor hij zijn TR tijdelijk heeft beëindigd.
Inmiddels heeft klager weer gesprekken met zijn mentor en psycholoog. Hij heeft zich opnieuw ingeschreven voor TR en daarbij aangegeven dat hij weer aangemeld wil worden bij een kliniek.
Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is gestopt met zijn re-integratieplan, waarin een behandeling in een FPK is opgenomen. Klagers fasering is derhalve gestopt. In dergelijke situaties is het gebruikelijk algemeen verlof toe te wijzen in de laatst drie/vier maanden van detentie.
De
noodzakelijke gedragsinterventies kunnen niet worden gegeven, omdat klager weigert hieraan mee te werken. Dit betekent dan ook dat de vestigingsdirecteur in het VI-advies zal adviseren tot uitstel of afstel van de VI. Klagers terugkeer in de
maatschappij zal vermoedelijk niet op 13 december 2012 zijn, maar twee jaar later.
Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de locatie Sittard heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Maastricht is akkoord met het verlenen van verlof aan klager.
De politie heeft geen bezwaar ten aanzien van klagers verlofadres.
3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vijf jaar met aftrek, wegens zware mishandeling en poging doodslag. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op 13 december 2012.
Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.
In het advies vrijheden van de locatie Sittard van 3 juli 2012 wordt positief geadviseerd. Klager zit in het laatste stadium van zijn detentie en het algemeen verlof is belangrijk voor het opstarten van diverse zaken en om de familiebanden te
versterken. Ook het Openbaar Ministerie heeft positief geadviseerd en de politie is akkoord met het opgegeven verlofadres.
Klager heeft medewerking aan TR geweigerd, maar heeft zich nu inmiddels weer voor TR aangemeld. Zoals de beroepscommissie al eerder heeft beslist kan de enkele weigering om mee te werken aan TR geen grond vormen om de aanvraag voor algemeen verlof af
te
wijzen. In de afwijzende beslissing is voorts aangegeven dat een VI-advies van de directeur van de penitentiaire inrichting met uitstel dan wel afstel in de rede ligt. Uit telefonisch door de secretaris van de beroepscommissie op 8 augustus 2012 bij
het
buro selectie- en detentiebegeleiding van de locatie Sittard ingewonnen informatie is gebleken dat de inrichting nog niet is verzocht om advies omtrent de VI uit te brengen.
Tegen de achtergrond van het vorenstaande moet de beslissing van de Staatssecretaris als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal gegrond worden verklaard. Zij zal de Staatsecretaris opdragen een nieuwe beslissing te nemen met
inachtneming van deze uitspraak. Er zijn geen termen voor toekenning van een tegemoetkoming.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 13 augustus 2012
secretaris voorzitter