Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/1848/GV, 12 juli 2012, beroep
Uitspraakdatum:12-07-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/1848/GV

betreft: [klager] datum: 12 juli 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 11 juni 2012 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman, mr. M.M.J. Nuijten, om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager had in het huis van bewaring (h.v.b.) van de penitentiaire inrichting (p.i.) Alphen aan den Rijn een baan als afdelingsreiniger. Na schorsing van de preventieve hechtenis van 31 augustus 2011 tot 19
april 2012 was klager direct weer afdelingsreiniger. Hij zou nooit direct weer afdelingsreiniger zijn geworden als hij positief had gescoord op het gebruik van drugs bij een urinecontrole. Hij heeft steeds negatief gescoord op zowel het gebruik van
soft- als van harddrugs. Op 7 juni 2012 is wederom een urinecontrole afgenomen. Ook bij deze controle scoorde hij negatief op zowel het gebruik van soft- als harddrugs. Volgens klager klopt het niet dat sprake is van een negatief advies van de
Advocaat-Generaal. Klagers advocaat heeft contact opgenomen met de Advocaat-Generaal en heeft te horen gekregen dat er geen negatief advies is gegeven ten aanzien van klagers verzoek om algemeen verlof. Klager zou graag willen weten waar de
Staatssecretaris heeft vernomen dat de Advocaat-Generaal negatief heeft geadviseerd.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Klager heeft een verzoek tot algemeen verlof ingediend om tijd met zijn gezin door te brengen. De Advocaat-Generaal van het ressortsparket Den Haag heeft negatief geadviseerd
ten aanzien van klagers verzoek om algemeen verlof vanwege het risico op drugsgebruik/drugssmokkel. De politie heeft geen bezwaar tegen verlofverlening op het door klager opgegeven verlofadres. De directeur van het h.v.b. van de p.i. Alphen aan den
Rijn
heeft positief geadviseerd ten aanzien van klagers verzoek. In het selectieadvies staat dat klager zich heeft gehouden aan de door de rechtbank gestelde voorwaarden. Klager heeft echter na schorsing van de preventieve hechtenis, van 31 augustus 2011
tot
19 april 2012, bij een urinecontrole bij binnenkomst positief gescoord op het gebruik van cocaïne. Aan deze voorwaarde heeft klager zich dus niet gehouden. Het argument van de Advocaat-Generaal dat het risico bestaat dat klager drugs zal gebruiken
tijdens zijn verlof, snijdt daarom wel degelijk hout. Het verlenen van bewegingsvrijheid wordt in hoge mate bepaald door de verwachting dat een verlof rustig en ongestoord zal verlopen. Op grond van de aangeleverde informatie is het verlenen van verlof
op dit moment maatschappelijk onaanvaardbaar, zodat is besloten om klagers verzoek af te wijzen.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van het h.v.b. van de p.i. Alphen aan den Rijn heeft positief geadviseerd ten aanzien van klagers verlofaanvraag. De Advocaat-Generaal bij het ressortparket te Den Haag heeft negatief geadviseerd ten aanzien van klagers verlofaanvraag,
vanwege mogelijk drugsgebruik/drugssmokkel. De politie heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen het verlenen van verlof op het door klager opgegeven verlofadres.

3. De beoordeling
Klager is in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, met aftrek wegens overtreding van de Opiumwet. Zijn fictieve einddatum valt op of omstreeks 3 januari 2013.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag.

Klager heeft een schorsing preventieve hechtenis gehad van 31 augustus 2011 tot 19 april 2012. Uit het advies vrijheden volgt dat klager bij beide inkomsten-urinecontroles positief heeft gescoord op het gebruik van cocaïne. De beroepscommissie is van
oordeel dat voornoemde omstandigheid een contra-indicatie vormt voor verlofverlening en dat deze, ondanks het positieve advies van de directeur van het h.v.b. van de p.i. Krimpen aan den IJssel, een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigt.
Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen en gelet op de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder c van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of
onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 12 juli 2012

secretaris voorzitter

Naar boven