Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/4253/GA, 18 juni 2012, beroep
Uitspraakdatum:18-06-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/4253/GA

betreft: [klager] datum: 18 juni 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Wolvenplein te Utrecht,

gericht tegen een uitspraak van 22 november 2011 van de beklagcommissie bij voormelde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 16 mei 2012, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, is de plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de locatie Wolvenplein, [...], gehoord. Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid
bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft, voor zover in beroep aan de orde, het uitvallen van de gespreksgroepen geestelijke verzorging tussen 15 april 2011 en 16 juni 2011.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven. Zij heeft aan klager een tegemoetkoming van € 45,= toegekend.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Per week zijn er voor de gedetineerden drie momenten van geestelijke verzorging, namelijk het individuele contact met een geestelijk verzorger, een
gebedsdienst en de gespreksgroep geestelijke verzorging. Klager klaagt over het uitvallen van de gespreksgroepen geestelijke verzorging, maar noemt geen data waarop deze gespreksgroepen zouden zijn uitgevallen. Volgens de directeur is het in ieder
geval
niet aannemelijk dat de gespreksgroepen in de periode van 15 april 2011 tot 16 juni 2011 helemaal niet hebben plaatsgevonden. Er valt weleens een gespreksgroep uit, omdat de geestelijke verzorgers vaak parttime werken en op bepaalde dagen niet kunnen.
Er is periodiek overleg met de geestelijke verzorgers om dit zo goed mogelijk af te stemmen. Bovendien vinden de gebeds- of kerkdiensten volgens de directeur wel altijd plaats. Doorgang hiervan heeft namelijk een hogere prioriteit. Verder is een
gebeds-
of kerkdienst makkelijker te plannen dan een gespreksgroep.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Op grond van artikel 41, eerste lid, van de Pbw heeft de gedetineerde het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden en te beleven.
In het tweede lid van dat artikel is bepaald dat de directeur zorg draagt dat in de inrichting voldoende geestelijke verzorging, die zoveel mogelijk aansluit bij de godsdienst of levensovertuiging van de gedetineerden, beschikbaar is.
In het derde lid is bepaald dat de directeur de gedetineerde in de gelegenheid stelt op in de huisregels vastgestelde tijden en plaatsen: a. persoonlijk contact te onderhouden met de geestelijke verzorger van de godsdienst of levensovertuiging van zijn
keuze, die aan de inrichting is verbonden; b. contact te onderhouden met andere dan de onder a. genoemde geestelijke verzorgers volgens artikel 38; c. in de inrichting te houden godsdienstige levensbeschouwelijke bijeenkomsten van zijn keuze bij te
wonen.

Door de directeur is onweersproken aangevoerd dat de gebeds- of kerkdienst iedere week plaatsvindt. Tevens bestaat er iedere week voor gedetineerden de mogelijkheid om op individuele basis gesprekken te voeren met een geestelijk verzorger. Daarnaast
faciliteert de directeur de in het dagprogramma van de locatie Wolvenplein opgenomen gespreksgroepen geestelijke verzorging. Uitval van deze gespreksgroepen levert echter naar het oordeel van de beroepscommissie geen schending op van het recht op
geestelijke verzorging, nu daarin reeds voldoende wordt voorzien door het faciliteren van de gebeds- of kerkdiensten en de mogelijkheid voor gedetineerden om individueel contact met een geestelijk verzorger te onderhouden. De beroepscommissie acht het
wel wenselijk dat de directeur gedetineerden tijdig en nader informeert indien de gespreksgroep geestelijke verzorging niet doorgaat, aangezien de gespreksgroep onderdeel uitmaakt van het dagprogramma. De beroepscommissie zal het beroep van de
directeur
gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie in zoverre vernietigen en het beklag alsnog ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover daartegen beroep is ingesteld en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit F.G. Bauduin, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 18 juni 2012

secretaris voorzitter

Naar boven