Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0404/GB, 21 mei 2012, beroep
Uitspraakdatum:21-05-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/404/GB

Betreft: [klager] datum: 21 mei 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 27 januari 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Klager is, bijgestaan door zijn raadsman mr. M.R. Roethof, op 23 april 2012 door de voorzitter van de beroepscommissie gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de gevangenis van unit 1 van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught ongegrond
verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 18 juli 2008 gedetineerd. Hij verbleef in het penitentiair psychiatrisch centrum (PPC) Haaglanden te Den Haag. Op 2 december 2011 is hij overgeplaatst naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de gevangenis van unit
1 van de p.i. Vught, waar een individueel regime geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Het delict waarvoor klager thans gedetineerd is, heeft niets te maken met plaatsing in een PPC. Klager werd in het PPC ten onrechte in een isoleercel geplaatst. Aan klager is door een psycholoog van het PPC medegedeeld dat hij binnen twee weken in een
normaal regime zou worden geplaatst. Klager begrijpt niet waarom hij vervolgens vanuit de isoleercel is overgeplaatst naar een afdeling voor beheersproblematische gedetineerden. Klager heeft gedurende zijn detentie geen drugs en/of geweld gebruikt.
Klager begrijpt niet waarom hij niet kon worden overgeplaatst naar de locatie Zoetermeer of de locatie De Schie. In de locatie De Schie is er ruimte, want er is onlangs een medegedetineerde naar de locatie De Schie overgeplaatst. Men heeft geen
rekening
gehouden met het feit dat klagers familie al ruim een jaar, wegens gebrek aan financiële middelen, klager niet kan bezoeken in de inrichting waar hij thans verblijft. Een inrichtingsmedewerker heeft zich tegenover klager discriminerend uitgelaten.
Klagers beklag hiertegen is niet-
ontvankelijk verklaard. Toen klager vervolgens aangifte wilde doen tegen de inrichtingsmedewerker werd hij overgeplaatst naar het PPC van de p.i. Vught. De stelling dat klager altijd problemen ondervindt met bewakers is onjuist. Klager is van mening
dat
hij onmenselijk wordt behandeld. De selectiefunctionaris baseert zijn beslissing op de van het personeel verkregen informatie zonder na te gaan of de feiten waarop het verslag berust juist zijn.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De selectiefunctionaris mag ervan uitgaan dat het ingediende selectieadvies van de vestigingsdirecteur een juiste weergave is. Klager voelt zich snel gediscrimineerd indien hij zijn zin niet krijgt of wordt aangesproken op zijn gedrag. Klager verzet
zich tegen de behandeling tenzij hij er een eigen belang bij heeft. Klager vertoont gewenst gedrag om een overplaatsing naar een inrichting in de regio Den Haag te bewerkstelligen. Mede gelet op de vele overplaatsingen sinds 2005 dient klager in een
individueel regime te worden geplaatst.

4. De beoordeling
4.1. De afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de gevangenis van de p.i. Vught is een inrichting voor mannen met een individueel regime en een uitgebreid beveiligingsniveau.

4.2. Een (al dan niet onherroepelijk) tot gevangenisstraf veroordeelde gedetineerde dient te worden geplaatst in een inrichting met een regime van algehele dan wel beperkte gemeenschap, tenzij plaatsing in een individueel regime noodzakelijk is. In
het individueel regime kunnen gedetineerden worden geplaatst die op grond van hun persoonlijkheid, gedrag of andere persoonlijke omstandigheden, een ernstig beheersrisico vormen voor zichzelf of anderen en ten gevolge daarvan niet in staat zijn in een
regime van algehele of beperkte gemeenschap te functioneren of te verblijven.

4.3. Uit het selectieadvies van 1 december 2011 blijkt dat klager meerdere disciplinaire straffen en maatregelen opgelegd heeft gekregen vanwege verbale agressie naar het personeel, het beledigen, uitschelden en misleiden van het personeel en wegens
orde en rustverstoring op de afdeling. De selectiefunctionaris heeft deze gegevens omtrent klagers gedrag in redelijkheid kunnen aanmerken als een contra-indicatie als bedoeld onder 4.2. Derhalve is de beslissing klager over te plaatsen naar een
inrichting met een individueel regime niet als onredelijk of onbillijk aan te merken. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen, te meer daar klager het afgelopen
jaar
in het PPC ook geen bezoek heeft ontvangen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 21 mei 2012

secretaris voorzitter

Naar boven