Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0859/SGA, 14 maart 2012, schorsing
Uitspraakdatum:14-03-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/859/SGA

Betreft: [klager] datum: 14 maart 2012

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. D.H. van den Elzen, namens

[...], verder verzoeker te noemen, thans verblijvende in de locatie De Schie te Rotterdam.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van de locatie Hoogvliet van 11 maart 2012, inhoudende de oplegging van een ordemaatregel van plaatsing
in afzondering in een afzonderingscel voor de duur van veertien dagen, ten uitvoer te leggen in een andere inrichting, ingaande op 11 maart 2012 om 16.00 uur en eindigend op 25 maart 2012 om 16.00 uur, in verband met de veiligheid van verzoeker en in
afwachting van overplaatsing naar een andere inrichting.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 13 maart 2012, alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 14 maart 2012.

1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval. Naar zijn voorlopig oordeel is voldoende aannemelijk dat – bij een verder verblijf in de locatie Hoogvliet – gevreesd moest worden voor klagers
veiligheid, zulks naar aanleiding van een massale vechtpartij tussen verzoekers celgenoot en een aantal medegedetineerden en de melding van verzoekers celgenoot en personeelsleden omtrent eventuele repercussies richting verzoeker. Teneinde die
veiligheid van verzoeker te waarborgen is verzoeker overgebracht naar een andere inrichting. Dit is, in afwachting van een selectiebeslissing van de selectiefunctionaris, slechts mogelijk in het kader van een ordemaatregel als de onderhavige. Gelet op
hetgeen hiervoor is overwogen, kon de directeur – nog steeds naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – tot de bestreden beslissing komen. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 14 maart 2012.

secretaris voorzitter

Naar boven