Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/4046/GB, 19 januari 2012, beroep
Uitspraakdatum:19-01-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/4046/GB

Betreft: [klager] datum: 19 januari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. L.H. Stibbe, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 november 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de locatie Esserheem te Veenhuizen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 30 augustus 2009 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis Alphen aan den Rijn. Op 4 oktober 2011 is hij overgeplaatst naar de locatie Esserheem, een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen als bedoeld in artikel
20b
tweede lid onder a van de regeling selectie, plaatsing en overplaatsing gedetineerden ( de Regeling ).

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager is van mening dat er geen reden is om hem over te plaatsen naar de locatie Esserheem omdat er nog geen onherroepelijke beslissing is over de verblijfsrechtelijke status van klager. Er loopt nog een bezwaarschriftprocedure bij het Ministerie van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tegen de afwijzing van de afgifte van een verblijfsvergunning wegens voortgezet verblijf en een ongewenstverklaring.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Een bezwaarschriftprocedure heeft in deze situatie geen schorsende werking. Op het moment dat door de Immigratie- en Naturalisatie Dienst een nieuwe beslissing wordt afgegeven waaruit blijkt dat klager een nieuw verblijfsdocument krijgt, en daarmee
weer
verblijfsrecht, zal hij uit de locatie Esserheem kunnen worden geplaatst.

4. De beoordeling
4.1. De locatie Esserheem is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau. Dit is tevens een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in artikel 20b, tweede lid
onder a van de Regeling.

4.2. Klager, die is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Klager is geselecteerd voor de locatie Esserheem omdat hij geen verblijfsvergunning heeft en ongewenst is verklaard. Klager heeft een strafrestant van meer dan vier maanden. Voor dergelijke gedetineerden is onder andere de locatie Esserheem
bestemd. Het instellen van bezwaar, tegen de afwijzing van de afgifte van een verblijfsvergunning en de ongewenstverklaring, heeft geen schorsende werking met betrekking tot de beslissing om klager over te plaatsen naar de locatie Esserheem. De op de
onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 19 januari 2012

secretaris voorzitter

Naar boven