Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/4203/GA, 26 maart 2012, beroep
Uitspraakdatum:26-03-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/4203/GA

betreft: [klager] datum: 26 maart 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 17 november 2011 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Zwolle Zuid 1,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Zwolle Zuid 1 in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. G.V. van der Bom om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft een disciplinaire straf van uitsluiting van deelname aan een of meer bepaalde activiteiten, te weten de arbeid, voor de duur van twee dagen wegens werkweigering.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Op 12 oktober 2011 zou klager voor het eerst gaan werken. Klager werd om 12.45 uur uitgesloten voor de arbeid, maar hij was toen nog aan het
eten. Klager heeft toen een disciplinaire straf opgelegd gekregen wegens werkweigering. Het activiteitenrooster is tegenstrijdig met het arbeidsreglement en de arbeidsovereenkomst. In het rooster staat dat de arbeid om 12.45 uur begint, terwijl in het
arbeidsreglement en de arbeidsovereenkomst staat vermeld dat de arbeid om 13.00 uur begint. Het is daardoor voor klager onduidelijk wanneer de arbeid begint, te meer daar er in het activiteitenrooster staat dat er tot 13.00 uur gelegenheid is voor het
nuttigen van een maaltijd. De directeur had een deugdelijk dagprogramma moeten opstellen. Het beklag dient alsnog gegrond te worden verklaard.

De directeur heeft als volgt gereageerd. De directeur meent dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn beroep, omdat het beroepschrift gericht tegen de uitspraak van de beklagrechter van 17 november 2011, zonder redenen omkleed, op
28 november 2011 bij het secretariaat van de Raad is binnengekomen. Voor het overige heeft de directeur gepersisteerd bij zijn standpunt zoals ingenomen tegenover de beklagrechter.

3. De beoordeling
Nu bij brief van 29 februari 2012 klagers raadsman het beroep binnen de daartoe door de beroepscommissie gestelde termijn heeft voorzien van gronden is daarmee de door de directeur bepleite niet-ontvankelijkverklaring van klager in het beroep niet meer
aan de orde.

De beroepscommissie stelt vast dat in het activiteitenrooster dat dateert van 8 augustus 2011 staat vermeld dat op de woensdag er van 12.00 uur tot 13.00 uur gelegenheid bestaat voor de ‘maaltijd op de cel’. Tevens blijkt uit het activiteitenrooster
dat
de periode van 12.45 uur tot 16.45 uur is bestemd voor de arbeid. Uit het arbeidsreglement en de arbeidsovereenkomst (bijlage 2 en 3 van de huisregels p.i. Zwolle uit april 2011) blijkt daarentegen dat de arbeid van 13.00 uur tot 17.00 uur wordt
verricht. Gelet op het feit dat de arbeidstijden in het activiteitenrooster afwijken van de arbeidstijden in het arbeidsreglement en de arbeidsovereenkomst en mede in overweging genomen dat 12 oktober 2011 klagers eerste werkdag betrof, acht de
beroepscommissie het aannemelijk dat het voor klager niet voldoende duidelijk was dat de arbeid om 12.45 uur aanvangt. De beroepscommissie is derhalve van oordeel dat de beslissing om aan klager een disciplinaire straf op te leggen moet worden
aangemerkt als onredelijk en onbillijk. De beroepscommissie zal het beroep derhalve gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagrechter vernietigen en het beklag alsnog gegrond verklaren. Zij zal een tegemoetkoming toekennen van € 10,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 10,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.A.M. de Wit en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van F.A. Groeneveld, secretaris, op 26 maart 2012

secretaris voorzitter

Naar boven