nummer: 11/4129/GA
betreft: [klager] datum: 26 maart 2012
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
de directeur van de locatie Zuid te Arnhem,
gericht tegen een uitspraak van 14 november 2011 van de beklagcommissie bij de locatie Zuid, voor zover daarbij aan [...], verder te noemen klager, een tegemoetkoming is toegekend,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Aan klager en de directeur is bij brief van 23 november 2011 meegedeeld dat het beroep ter zitting van 6 februari 2012 wordt behandeld. Bij brief van 27 januari 2012 is aan klager en de directeur meegedeeld dat het beroep alsnog schriftelijk wordt
behandeld. De beroepscommissie heeft vervolgens klager in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en de directeur om het beroep schriftelijk toe te lichten. Klager heeft van die gelegenheid gebruik gemaakt.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagcommissie heeft een tegemoetkoming van € 20,= toegekend vanwege de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende het openen van geprivilegieerde post en het feit dat klager zijn inkomende post niet (tijdig) ontvangt, op de gronden als in de
aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft zijn beroep als volgt toegelicht. In eerdere soortgelijke uitspraken (zoals nr. 11/1572/GA) heeft de beroepscommissie een tegemoetkoming van € 5,= toegekend. De toegekende tegemoetkoming van € 20,= is te hoog.
Klager kan zich vinden in de hoogte van de toegekende tegemoetkoming.
3. De beoordeling
De beroepscommissie kan zich verenigen met de toegekende tegemoetkoming. Daarbij neemt de beroepscommissie in aanmerking dat de directeur in beklag heeft verklaard: “De postprocedure is nog eens doorgelopen en de conclusie is dat het door te veel
handen
gaat. De bedoeling is dat het aantal stappen in de procedure minder gaat worden. Het is duidelijk dat de postprocedure voor verbetering vatbaar is.” Kennelijk en niet onbegrijpelijk heeft de beklagcommissie bij het vaststellen van de hoogte van de
tegemoetkoming rekening gehouden met een structurele tekortkoming in de postprocedure. De beroepscommissie acht dat juist. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover daartegen beroep is ingesteld.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.A.M. de Wit en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van F.A. Groeneveld, secretaris, op 26 maart 2012
secretaris voorzitter