Nummer: 12/280/GB
Betreft: [klager] datum: 3 april 2012
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. H. Bakker, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 20 januari 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep en de toelichting van [...].
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 26 november 2008 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de locatie De Schie te Rotterdam.
3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Het negatieve advies van het Openbaar Ministerie (OM) verwijst naar eerder uitgebrachte adviezen van 28 maart 2011 en 3 augustus 2011. Deze adviezen waren gebaseerd op het vonnis van de rechtbank, terwijl het Gerechtshof Amsterdam klager slechts ten
aanzien van twee van de acht aangeefsters heeft veroordeeld vanwege mensenhandel. Het advies is dan ook gedateerd en onbruikbaar. Klager is bereid om mee te werken aan een Klinisch Psychologisch Onderzoek (KPO) en aan het programma Terugdringen
Recidive
(TR), maar hij wilde eerst de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam afwachten. Dit afwachten is geen weigering.
De inrichting adviseert positief op basis van klagers gedrag. Uit het selectieadvies blijkt dat de politie geen bezwaar heeft tegen het opgegeven verlofadres. Klagers veroordeling is inmiddels onherroepelijk. Hij is nu bereid om mee te werken aan het
programma TR. Klager is echter nadat het TR-rapport is opgesteld niet bezocht door de Reclassering. Klager volgt cursussen met betrekking tot sollicitatiebegeleiding en budgettering. Tevens bereidt hij zich voor op een verblijf buiten de inrichting.
Klagers trajectbegeleider ziet mogelijkheden voor een aangepast re-integratieplan. De stelling dat er een kans zou zijn op slachtofferconfrontatie is onterecht en onvoldoende onderbouwd. Klagers verlofadres ligt ver verwijderd van de woonplaatsen van
de
aangeefsters. De beoordeling of klager geschikt is tot terugkeer in de samenleving speelt een belangrijke rol. Klager heeft echter geen verlof gehad, waardoor niet beoordeeld kan worden of hij geschikt is.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is ingesloten vanwege loverboypraktijken. Dergelijke delicten veroorzaken veel onrust in de samenleving en liggen gevoelig bij de slachtoffers en andere daarbij betrokken mensen. Door de inrichting werd een KPO geadviseerd voor een nader
persoonlijkheidsonderzoek en het indiceren van mogelijke gedragsinterventies in verband met psychopathie. Gelet op de feiten waarvoor klager is veroordeeld en de gevangenisstraf van zes jaar, is de selectiefunctionaris het eens met de argumenten van
het
OM en acht hij het verlenen van vrijheden aan klager op dit moment ongewenst.
4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.
4.2. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 12 september 2000, nr. 176, pagina 9) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een
belangrijke rol speelt. Indicator bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de
preventieve hechtenis, incidenteel verlof, strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en
achtergrond van het gepleegde delict en de persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.
4.3. Gelet op het negatieve advies van het OM en het re-integratieplan van de inrichting, waar een KPO (dat nog niet is afgenomen) deel van uitmaakt, oordeelt de beroepscommissie dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de
selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 3 april 2012
secretaris voorzitter