Nummer: 11/4133/GB
Betreft: [klager] datum: 14 maart 2012
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. M. de Reus, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 18 november 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep. Op 14 februari 2012 heeft de beroepscommissie de selectiefunctionaris schriftelijk verzocht om aan de bestreden beslissing ten grondslag liggende ontbrekende stukken toe te zenden.
Dit is niet gebeurd.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een beperkt beveiligde afdeling (b.b.i.) of een zeer beperkt beveiligde afdeling (z.b.b.i.) afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 16 oktober 2009 gedetineerd. Hij verblijft in de locatie Norgerhaven te Veenhuizen.
3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager vindt dat, als het gaat om de redenering dat in elke zedenzaak daderbehandeling noodzakelijk is om het recidiverisico te beperken, er altijd ruimte moet zijn voor een individuele beoordeling waarbij aandacht wordt besteed aan de concrete
omstandigheden van de situatie. Klager is van mening dat wanneer een dergelijke individuele toetsing in zijn situatie zou plaatsvinden, er positief zou zijn beslist op zijn verzoek tot overplaatsing naar een b.b.i. of een z.b.b.i. Klager heeft zich pas
na ruim vier jaar moeten melden om zijn vrijheidsstraf te ondergaan. In de tussenliggende jaren hebben zich geen incidenten voorgedaan. Het feit dat klager een ontkennende verdachte is brengt niet zonder meer met zich mee dat er sprake is van een
onaanvaardbaar recidiverisico. Uit het selectieadvies komt naar voren dat het recidiverisico als laag gemiddeld wordt beoordeeld. Tevens geeft klager aan dat het Openbaar Ministerie (OM) niet negatief heeft beslist, maar een aanvullende voorwaarde, in
dit geval het dragen van een enkelband, heeft gesteld om het eventuele recidiverisico te beperken. Klager is bereid zich aan deze voorwaarde te houden, maar de locatie Norgerhaven erkent de mogelijkheid van het dragen van een enkelband tijdens het
verlof niet. Klager is van mening dat deze omstandigheid niet aan klager kan worden tegengeworpen. De selectiefunctionaris heeft alleen maar gekeken naar de ontkennende houding van klager en geen rekening gehouden met andere omstandigheden zoals het
gedrag van klager naar aanloop van zijn detentie en gedurende zijn detentie. Klager voldoet aan de vereisten van artikel 3 van de regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden. Met betrekking tot het verlofadres heeft de politie
Flevoland negatief geadviseerd, maar kon dit niet onderbouwen. Klager geeft aan te willen deelnemen aan het programma Terugdringen Recidive (TR). Op grond van art 5, tweede lid, van de Regeling (de beroepscommissie leest: art 5, tweede lid, van de
Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting) kan aan een ieder te verlenen verlof voorwaarden worden verbonden. Het dragen van een enkelband kan als voorwaarde worden gesteld bij regimair verlof. Mocht het dragen van een enkelband niet als voorwaarde
worden gesteld, dan zijn er ook nog andere voorwaarden zoals een periodieke meldplicht of het ondergaan van controles op aanwezigheid op het verlofadres.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Het advies van de politie omtrent het verlofadres van klager is negatief. Het Openbaar Ministerie (OM) gaat akkoord met de fasering onder strikte voorwaarden. Één van de voorwaarden is het dragen van een enkelband. Daarnaast geeft het OM aan dat het
ernstige feiten betreft, dat klager blijft ontkennen en er een recidiverisico is. Het liefst wil het OM geen mogelijkheid tot verlof voor klager, maar klager moet terugkeren in de maatschappij. Daarom gaat het OM akkoord met een gecontroleerd verlof.
Regimair verlof met enkelband is niet mogelijk bij fasering voor een b.b.i. of een z.b.b.i. Afdeling TR geeft ook een negatief advies omdat bij een ontkennende verdachte, zoals klager, er geen inschatting gemaakt kan worden omtrent het risico dat
klager
zich zal onttrekken aan de voorwaarden. Gelet op de aard en het ernst van het delict is een daderbehandeling voor zedendelinquenten geboden. Als klager deze behandeling niet ondergaat blijft de kans op recidive aanwezig.
4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.
4.2. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 12 september 2000, nr. 176, pagina 9) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een
belangrijke rol speelt. Indicator bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de
preventieve hechtenis, incidenteel verlof, strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en
achtergrond van het gepleegde delict en de persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.
4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris moet bij afweging van alle in aanmerking komende belangen als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie neemt hierbij in aanmerking dat
op
geen enkele wijze is vast te stellen of de selectiefunctionaris, op basis van de inhoud van het TR-rapport, in redelijkheid heeft kunnen beslissen dat klager niet in aanmerking komt voor een (z.)b.b.i. Een afschrift van bovengenoemde rapportage
ontbreekt. Tevens wordt de stelling dat regimair verlof met een enkelband niet mogelijk is bij fasering voor een (z.)b.b.i. onvoldoende feitelijk onderbouwd. Gelet op het vorenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat er sprake is van een
motiveringsgebrek. Derhalve dient de bestreden beslissing te worden vernietigd. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De
beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 14 maart 2012
secretaris voorzitter