Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/4516/GB, 12 maart 2012, beroep
Uitspraakdatum:12-03-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/4516/GB

Betreft: [klager] datum: 12 maart 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 december 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een penitentiaire inrichting binnen de regio Amsterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 14 oktober 2010 gedetineerd. Hij verblijft in de locatie Norgerhaven te Veenhuizen, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft in het verleden, met de kennis en informatie die hij op dat moment tot zijn beschikking had, een verkeerde keuze gemaakt omtrent de inrichting van zijn voorkeur. De afstand tussen de locatie Norgerhaven en de woonplaats van klagers bezoek
is te groot. Klager wordt hierdoor beperkt in het onderhouden van familiaire en sociale banden. Klager is voor zijn detentie begonnen aan een behandeling in een verslavingskliniek. Na detentie is klager van plan deze behandeling voort te zetten. De
stelling dat klager niet gemotiveerd zou zijn voor een gedwongen setting in een inrichting voor stelselmatige daders (isd), is gebaseerd op de persoonlijke ervaringen van anderen. Bij hen heerst de overtuiging dat dwang geen bijdrage zal leveren ten
aanzien van de verslavingsproblematiek. Door de afstand tussen Veenhuizen en de regio van herkomst wordt het moeilijker om met de hulpverlenende instanties uit de regio van herkomst een oplossing te bewerkstelligen voor de periode na klagers detentie.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een inrichting binnen de regio Amsterdam afgewezen omdat Amsterdam geen
gevangeniscapaciteit heeft. Ook ging klagers voorkeur uit naar de locatie Norgerhaven te Veenhuizen.
Klager heeft nog een lange straf te ondergaan (namelijk tot 11 februari 2014) en er is dus nog geen sprake van resocialisatie. Bovendien weigert klager mee te werken aan het programma Terugdringen Recidive. Klager kan in de laatste periode van zijn
detentie eventueel naar de regio van vestiging overgeplaatst worden.

4. De beoordeling
Klager is conform zijn opgegeven voorkeur op 24 juni 2011 geplaatst in de locatie Norgerhaven. Klager heeft eenmaal bezoek gehad uit Hilversum. Uit het selectieadvies van 8 december 2011 volgt dat klager naar de regio Amsterdam overgeplaatst wil worden
vanwege bezoektechnische redenen. Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Het Multi Disciplinair Overleg heeft vraagtekens bij de argumenten die klager
aanvoert
voor het overplaatsingsverzoek. Gezien het vooroverwogene komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als
onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 12 maart 2012

secretaris voorzitter

Naar boven