Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0029/SGA, 9 januari 2012, schorsing
Uitspraakdatum:09-01-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/29/SGA

Betreft: [klager] datum: 9 januari 2012

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in het huis van bewaring (h.v.b.) Alphen aan den Rijn.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van genoemd h.v.b. d.d. 28 december 2011, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van
opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, zonder televisie, voor de duur van drie dagen, ingaande op 28 december 2011 om 13.00 uur en eindigende op 31 december 2011 om 13.00 uur (onderdeel a) en de bepaling dat verzoeker twee weken
wachtgeld ad € 24,40 dient terug te betalen (onderdeel b). Een en ander wegens werkweigering.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift d.d. 29 december 2011 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur d.d. 6 januari 2012.

1. De standpunten van verzoeker en van de directeur
Verzoeker heeft zijn schorsingsverzoek schriftelijk toegelicht.

De directeur heeft zijn standpunt omtrent het schorsingsverzoek schriftelijk kenbaar gemaakt.

2. De beoordeling
Met betrekking tot onderdeel a overweegt de voorzitter dat uit de inlichtingen van de directeur naar voren is gekomen dat dit deel van de opgelegde disciplinaire straf afliep op 31 december 2011 om 13.00 uur.
Nu de beslissing in zoverre niet meer ten uitvoer wordt gelegd, zal het verzoek niet meer tot het door verzoeker beoogde resultaat kunnen leiden. Verzoeker heeft daarom geen belang meer bij een toewijzing van dit deel van het verzoek zodat het verzoek
in zoverre moet worden afgewezen.

Met betrekking tot onderdeel b overweegt de voorzitter het volgende.
De directeur heeft een disciplinaire straf opgelegd van terugbetaling van wachtgeld. Nu artikel 51 van de Pbw een limitatieve opsomming geeft van de mogelijke disciplinaire straffen die een directeur kan opleggen en terugbetaling van wachtgeld daarin
niet is vermeld, is de bestreden beslissing van de directeur in zoverre genomen in strijd met een wettelijk voorschrift. Er zijn derhalve termen aanwezig voor toewijzing van dit deel van het verzoek.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe voor zover dit betrekking heeft op onderdeel b en schorst in zoverre de tenuitvoerlegging van de aan verzoeker opgelegde disciplinaire straf met onmiddellijke ingang tot het moment dat de beklagcommissie op
onderhavig
beklag zal hebben beslist. De voorzitter wijst het verzoek voor het overige af.

Aldus gegeven door mr. A. van Waarden, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 9 januari 2012.

secretaris voorzitter

Naar boven