Nummer: 11/3220/GB
Betreft: [klager] datum: 13 januari 2012
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 26 september 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de penitentiaire inrichting (p.i.) Ter Apel ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 28 november 2008 gedetineerd. Hij verbleef sedert 17 mei 2011 in de gevangenis van de locatie De Schie te Rotterdam. Op 21 september 2011 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Ter Apel, een inrichting voor strafrechtelijk
gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in artikel 20b, tweede lid onder a van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (de Regeling).
3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
De vijanden van klager verblijven in de p.i. Ter Apel. Klager is bang dat hij problemen zal krijgen met deze gedetineerden. Bovendien kan klagers familie niet bij klager op bezoek komen, omdat de reisafstand naar de p.i. Ter Apel te groot is. Klagers
verblijfsvergunning is geldig tot 2014 en derhalve begrijpt klager niet waarom hij in een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen is geplaatst.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager verblijft illegaal in Nederland. Klager is derhalve op 21 september 2011 in de p.i. Ter Apel geplaatst, een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen. Het relatief vrije regime in de locatie Esserheem is, gelet op klagers gedrag
gedurende zijn detentie, niet geschikt voor klager en derhalve heeft de selectiefunctionaris klager geselecteerd voor plaatsing in de p.i. Ter Apel. Klager heeft sedert de aanvang van zijn detentie in verschillende inrichtingen verbleven. Klager wordt
na een vechtpartij in de p.i. Lelystad overgeplaatst naar de p.i. Vught. Vanuit de p.i. Vught is hij, gelet op zijn illegale verblijfsstatus, overgeplaatst naar de locatie Esserheem. Klager wordt na een vechtpartij in de locatie Esserheem overgeplaatst
naar de p.i. Ter Apel vanwege het meer gesloten karakter van deze inrichting. Klager is vanuit de p.i. Ter Apel overgeplaatst naar de p.i. Hoogeveen om een COVA-training te kunnen volgen. In de p.i. Hoogeveen heeft klager een verzoek tot overplaatsing
naar een inrichting in de regio Rotterdam ingediend. Dit verzoek is gehonoreerd en klager is vervolgens overgeplaatst naar de locatie De Schie te Rotterdam. Klager had echter na de afronding van de COVA-training teruggeplaatst moeten worden naar de
p.i.
Ter Apel. De locatie De Schie heeft klager vanwege zijn illegale verblijfsstatus voorgesteld voor overplaatsing. De locatie De Schie stelt dat klager kan worden aangemerkt als bendeleider en dat hij betrokken is geweest bij een grote vechtpartij. Een
overplaatsing naar de locatie Esserheem was derhalve, gelet op het relatief vrije regime, geen optie.
4. De beoordeling
4.1. De p.i. Ter Apel is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau. De p.i. Ter Apel is tevens een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in artikel 20b,
tweede lid aanhef en onder a van de Regeling.
4.2. Klager, die in hoger beroep is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.
4.3. Uit de stukken komt naar voren dat klager illegaal in Nederland verblijft. Ingevolge artikel 20b, eerste lid van de Regeling worden vreemdelingen die na de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf geen rechtmatig verblijf meer hebben in
Nederland
in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000 in een inrichting of een afdeling voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen geplaatst. Klager heeft een strafrestant van meer dan vier maanden. Voor dergelijke gedetineerden zijn de locatie
Esserheem en de p.i. Ter Apel bestemd. Bij aanwezigheid van bijzondere omstandigheden kan op dit plaatsingsbeleid een uitzondering worden gemaakt. De door klager aangevoerde omstandigheden kunnen niet als dergelijke bijzondere omstandigheden worden
aangemerkt. Gelet op het vorenstaande kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal
derhalve ongegrond worden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 13 januari 2012
secretaris voorzitter