Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1776/GA en 11/1801/GA, 6 december 2011, beroep
Uitspraakdatum:06-12-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummers: 11/1776/GA en 11/1801/GA

betreft: [klager] datum: 6 december 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften van

de directeur van de locatie Zwaag te Hoorn,

en

van [...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 1 juni 2011 van de alleensprekende beklagrechter bij voormelde locatie,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 oktober 2011, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, is gehoord [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de locatie Zwaag.
Klager heeft schriftelijk laten weten dat hij niet ter zitting zal verschijnen. Hij heeft zijn standpunt schriftelijk toegelicht.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het uitreiken van geprivilegieerde post aan een gedetineerde met dezelfde achternaam als die van klager die in een andere locatie dan klager verbleef.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven en bepaald dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 10,=.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De post komt binnen op de postkamer en daar wordt de post gesorteerd voor de verschillende afdelingen. In het verleden was sprake van één centrale postkamer voor twee locaties, maar dat is sinds 2011 niet meer het geval. Het is juist dat de brief aan
de
verkeerde gedetineerde is uitgereikt. De fout is waarschijnlijk ontstaan doordat op de envelop een oud postbusnummer is vermeld. Er is geen envelop bijgevoegd en in de bestreden uitspraak staat hier niets over vermeld. In de locatie Zwaag verbleef één
gedetineerde die [...] heet. In een dergelijk geval worden de voorletters niet gecontroleerd.

Klager heeft zijn beroep – zakelijk weergegeven – schriftelijk als volgt toegelicht.
De tegemoetkoming van € 10,= is te gering omdat klagers privacy ernstig is aangetast. De poststukken bevatten zeer vertrouwelijke informatie. Klager wil schadevergoeding voor de kosten die hij heeft gemaakt en nog zal maken.

3. De beoordeling
In het dossier bevindt zich een proces-verbaal van verhoor. Klagers raadsvrouw heeft aangevoerd dat zij het poststuk op correcte wijze heeft geadresseerd en verzonden naar de juiste inrichting. De beroepscommissie heeft geen grond om daaraan te
twijfelen, mede gelet op de verklaring van 26 januari 2011 van het bureau selectie- en detentiebegeleiding. Hoe dan ook had een poststuk bestemd voor [klager] niet uitgereikt mogen worden aan [...]. Hetgeen de directeur in beroep heeft aangevoerd, kan
dan ook niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter.

Met betrekking tot het beroep van klager oordeelt de beroepscommissie dat zij zich kan verenigen met de toegekende tegemoetkoming.

De beroepscommissie zal de beroepen dan ook ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart de beroepen ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. F.G. Bauduin, voorzitter, mr. C.J.G. Bleichrodt en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 6 december 2011

secretaris voorzitter

Naar boven