Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2257/JB, 13 oktober 2011, beroep
Uitspraakdatum:13-10-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/2257/JB

Betreft: [klager] datum: 13 oktober 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. R.M.L. Theelen, namens

[...], geboren op [1995], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een beslissing van 8 juli 2011 van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 14 september 2011, gehouden in de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) De Heuvelrug, locatie Eikenstein te Zeist zijn gehoord klaagster, bijgestaan door haar raadsman mr. R.M.L. Theelen, en mevrouw [...],
selectiefunctionaris, en [...], juridisch medewerker.

De voorzitter heeft meegedeeld dat het lid prof. dr. Th.A.J. Doreleijers verhinderd is om ter zitting te verschijnen en dat hij op grond van de stukken de zaak mede zal beoordelen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het verzoek van klaagster tot overplaatsing naar de locatie Eikenstein afgewezen.

2. De feiten
Klaagster is sedert 9 april 2010 gedetineerd. Bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak van 19 oktober 2010 is aan klaagster jeugddetentie voor de duur van zes maanden en de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen
(p.i.j.-maatregel) tot maximaal zes jaar opgelegd. De tenuitvoerlegging van deze maatregel is begonnen op 23 december 2010.

Klaagster verbleef in j.j.i. De Heuvelrug, locatie Eikenstein. Op 28 juni 2010 is zij overgeplaatst naar de j.j.i. De Hunnerberg, locatie Nijmegen.

Op 27 mei 2011 heeft klaagster verzocht om overplaatsing naar de locatie Eikenstein te Zeist.

3. De standpunten
Door en namens klaagster is het beroep tegen de afwijzing van haar verzoek door de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klaagster wil graag behandeld worden op een langer verblijfafdeling van de locatie Eikenstein in verband met het bezoek van haar moeder. Haar moeder woont in Den Haag, heeft MS en kan haar in De Hunnerberg niet vaak bezoeken.
Klaagster voelt zich niet thuis in De Hunnerberg. Zij is op een groep geplaatst met zes à zeven meisjes die zestien, achttien, negentien en twintig jaar oud zijn. Zij ziet haar groepsgenoten niet veel, omdat zij een individueel programma volgt. In het
begin heeft ze wel ruzie met hen gehad. Klaagster heeft niet veel contact met de groepsleiding.
Door het gebruik van medicatie gaat het goed. Op school leert ze niets, maar ze doet wel goed haar best en blijft rustig door de medicijnen. Er vinden geen incidenten meer plaats.
Klaagster weet nu waar ze aan toe is. De strafzaak is afgerond en de deelname aan het onderwijs is geregeld.
Overplaatsing naar een andere inrichting zal geen spanning opleveren, omdat het door de medicatie nu goed met haar gaat. Zij raakt niet meer overprikkeld. Een FOBA-plaatsing is niet (meer) aan de orde. Die is voor zwaardere gevallen.
Klaagster wil graag geplaatst worden op een plek die voldoet aan haar behoefte.
Klaagsters moeder en een tante bezoeken haar om de twee weken. Een andere tante komt iedere week en haar vader bezoekt haar om de twee of drie weken. Verder ontvangt zij geen bezoek. Haar tantes wonen in Den Haag.
Het overgelegde bezoekoverzicht betreft een momentopname.

De selectiefunctionaris en de juridisch medewerker hebben inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
Door De Hunnerberg is geadviseerd om klaagster niet over te plaatsen. Het gaat goed met haar in De Hunnerberg. Overplaatsing naar een andere inrichting zal klaagster prikkels geven die haar uit haar evenwicht zullen brengen.
De Hunnerberg heeft aangegeven veelvuldig contact met haar te hebben en dat zij daar op de juiste behandelplaats verblijft. Dat er nu al langere tijd geen incidenten hebben plaatsgevonden, duidt erop dat zij op de goede plek zit.
Locatie Eikenstein heeft aangegeven dat in de periode dat klaagster daar verbleef haar moeder haar maar éénmaal heeft opgezocht. Overgelegd wordt een e-mailbericht van 25 augustus 2011, waaruit volgt dat klaagster in De Hunnerberg regelmatig bezoek van
haar moeder en andere familieleden ontvangt. In de periode van 10 juli 2011 tot 14 augustus 2011 heeft haar moeder haar viermaal in De Hunnerberg bezocht.
Voorts heeft klaagster wekelijks telefonisch contact met haar moeder.

4. De beoordeling
Klaagster ondergaat een p.i.j.-maatregel en verblijft op een normaal beveiligde behandelafdeling van j.j.i. De Hunnerberg.

De beroepscommissie overweegt dat klaagster in verband met het bezoek van haar moeder, die MS heeft, overplaatsing wenst naar een behandelafdeling van de locatie Eikenstein. Klaagster heeft tevens aangevoerd dat zij zich, omdat de meisjes in haar
groep
ouder zijn dan zij, niet thuis voelt in de groep waarin ze thans is geplaatst.
Uit het omtrent klaagster uitgebrachte advies van j.j.i. De Hunnerberg en de toelichting door de selectiefunctionaris en de juridisch medewerker ter zitting is gebleken dat het goed met klaagster gaat in de inrichting. Er hebben al langere tijd geen
incidenten plaatsgevonden en klaagster ontvangt regelmatig - frequenter dan in de periode dat zij in de locatie Eikenstein verbleef - bezoek van haar moeder en andere familieleden.
De Hunnerberg heeft negatief geadviseerd ter zake van overplaatsing, omdat gevreesd wordt dat overplaatsing klaagster prikkels zal geven die haar uit haar evenwicht zullen brengen.
Het voorgaande in onderling verband en samenhang bezien, komt de beroepscommissie tot het oordeel dat, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, de beslissing van de selectiefunctionaris niet als onredelijk of onbillijk kan worden
aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit B.J. de Jong, voorzitter,
drs. H. Heddema en prof. dr. Th.A.J. Doreleijers, leden, bijgestaan door mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 13 oktober 2011

secretaris voorzitter

Naar boven