Nummer: 11/2201/GB
Betreft: [klager] datum: 6 oktober 2011
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. H. Yilmaz, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 20 juni 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Klager is, bijgestaan door zijn raadsvrouw, op 9 september 2011 door een lid van de Raad gehoord.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing tot beëindiging van zijn deelname aan een penitentiair programma (p.p.) en hem te plaatsen in de locatie Noordsingel te Rotterdam ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 16 juni 2008 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordtse Poorten te Dordrecht. Vanuit deze inrichting is hij geselecteerd voor deelname aan een p.p. met elektronisch toezicht (ET). Op 16
mei
2011 is het programma aangevangen en is hij administratief ondergebracht bij de locatie Noordsingel Administratief PIA. Op 8 juni 2011 is klager (ter herselectie) geplaatst in het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie Noordsingel. Op 27 juli 2011
is
klager geplaatst in de gevangenis van de p.i. Dordrecht.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Er was sprake van een overmachtsituatie, namelijk autopech. Klager heeft op 5 juni 2011 om 15.30 uur naar de reclassering gebeld om aan te geven dat hij autopech had en niet op tijd
thuis
zou zijn. Hij had op dat moment ook niet genoeg geld bij zich om op een andere manier tijdig thuis te komen. Het feit dat hij te laat thuis is gekomen, is hem op geen enkele wijze te verwijten. De selectiefunctionaris had bij zijn beslissing klagers
belang om te resocialiseren dienen mee te wegen. Klager had nog een kans moeten krijgen.
Klager was 5 juni 2011 gewoon telefonisch bereikbaar. Hij had een mobiele telefoon bij zich. Hij heeft zelf contact opgenomen met de reclassering De auto was van een vriend van klager. Klagers zus heeft thuis in Rotterdam op verzoek van klager op de
meldknop gedrukt en er is contact geweest met de reclassering.
De reclasseringsbegeleider heeft contact opgenomen met de toezichthouder, de heer [A]. De opmerking dat klager telefonisch niet bereikbaar zou zijn geweest, is niet juist. De bedoeling van de heer [A] was om aan te geven dat klager te laat is
teruggekeerd. Klager heeft zelf iedere stap die hij heeft gezet gemeld aan zijn begeleider.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Op 20 mei 2011 heeft klager bij zijn reclasseringsbegeleider verzocht of hij op zondag 5 juni 2011 een verruiming van zijn tijdschema mocht krijgen in verband met een
feest in Den Haag. Klager kreeg hiervoor geen toestemming. Zijn normale schema op zondag houdt in dat hij vrije uren heeft van 12.00 uur tot 16.00 uur. Op 5 juni 2011 heeft klager om 11.59 uur zijn woning verlaten en keerde om 20.17 uur weer terug. Die
dag om 16.00 uur heeft klager contact gehad met de meldkamer. Hij zou autopech hebben. Er is hem aangegeven zo snel mogelijk huiswaarts te keren, maar klager gaf aan dat hij en zijn reisgezel niet over middelen voor openbaar vervoer beschikten. Hij
heeft gewacht tot er hulp kwam en is daarna huiswaarts gekeerd.
Vanwege een hoog recidivegevaar is klager een beperkt tijdschema toegekend binnen het p.p. Op het strikt naleven van de regels is hij meerdere malen door zijn toezichthouder gewezen. Ondanks het krappe tijdschema heeft klager toch de keuze gemaakt om
het festival in Den Haag te bezoeken. Hierdoor heeft hij bewust risico’s genomen.
4. De beoordeling
4.1. In artikel 4 van de Pbw en de artikelen 7 en 9 van de Penitentiaire maatregel (Pm) zijn de voorwaarden opgenomen waaraan het penitentiair programma en de gedetineerde moeten voldoen.
4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie neemt hierbij in aanmerking
dat aan klager van tevoren geen toestemming is verleend voor een ruimer tijdschema op 5 juni 2011. Door op die dag toch naar het festival in Den Haag te gaan, heeft klager bewust het risico genomen dat hij door autopech of vertragingen te laat zou
kunnen terugkeren. Klager had kennelijk ook geen geld bij zich. Nu dit risico zich heeft geopenbaard, dienen de gevolgen hiervan hem te worden aangerekend. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, dr. mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 6 oktober 2011
secretaris voorzitter