Nummer: 11/1651/GB
Betreft: [klager] datum: 6 september 2011
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. Hoekzema, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 24 mei 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) Maashegge te Overloon afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 16 februari 2008 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis (unit 6) te Vught.
3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De beslissing is onzorgvuldig voorbereid en onvoldoende gemotiveerd. Klager weigert deel te nemen aan het programma Terugdringen Recidive (TR) omdat hij geen persoonlijkheidsonderzoek wenst te
ondergaan. Klager zou in aanmerking kunnen komen voor plaatsing in een b.b.i. zonder regimair verlof. De selectiefunctionaris heeft niet gemotiveerd waarom klager hiervoor niet in aanmerking komt.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager weigert deel te nemen aan TR en komt derhalve niet in aanmerking voor detentiefasering. In het selectieadvies van de inrichting wordt niet aangegeven dat klager wenst te worden geplaatst in een b.b.i zonder regimair verlof. Bovendien blijkt uit
de motivatiebrief van klager dat hij graag de regimaire verloven wil gebruiken voor het zoeken van o.a. huisvesting.
4. De beoordeling
Klagers verzoek komt neer op een verzoek om plaatsing in een b.b.i. met regimaire verloven. Daarom moet klagers bezwaar tegen de motivering van de beslissing van de selectiefunctionaris dat deze geen rekening heeft gehouden met de mogelijkheid van
plaatsing van klager in een b.b.i. zonder regimaire verloven, worden verworpen. Gelet op artikel 3, vierde lid, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen gedetineerden die weigeren deel te nemen aan een traject in het
kader van het programma TR niet in aanmerking voor plaatsing in een b.b.i. Gelet hierop is de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris juist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 6 september 2011
secretaris voorzitter