Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1372/GB, 1 augustus 2011, beroep
Uitspraakdatum:01-08-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/1372/GB

Betreft: [klager] datum: 1 augustus 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. Chr.F. van der Vlis, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 29 april 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 1 december 2009 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring van de penitentiaire inrichting (p.i.) Ter Apel. Op 10 maart 2011 is hij geplaatst in de gevangenis van voormelde p.i., waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep schriftelijk toegelicht.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek schriftelijk toegelicht.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 12 september 2000, nr. 176, p. 9) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een
belangrijke
rol speelt. Indicator bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de preventieve
hechtenis, incidenteel verlof, strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en achtergrond van
het gepleegde delict en de persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.

4.3. Namens klager is aangevoerd dat de selectiefunctionaris door aan te sluiten bij het advies van het Openbaar Ministerie (OM), inhoudende dat tot de laatste zes maanden van een detentie in beginsel negatief geadviseerd wordt, beleid hanteert dat
afwijkt van de in de wet vastgelegde selectiecriteria. Dit verweer treft geen doel. Door het advies van het OM in een individueel geval over te nemen, wordt immers geen “nieuw” selectiebeleid gecreëerd.
De selectiefunctionaris heeft in de toelichting aangegeven de uitkomst van de TR-rapportage te willen afwachten alvorens (eventueel) over te gaan tot detentiefasering. Die opvatting is mede gelet op de omstandigheid dat klager tussen 2002 en heden
meermalen gedetineerd is geweest niet onbegrijpelijk. Het vorenstaande maakt dat de beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 1 augustus 2011

secretaris voorzitter

Naar boven