Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1157/GB, 21 juli 2011, beroep
Uitspraakdatum:21-07-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/1157/GB

Betreft: [klager] datum: 21 juli 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.W.G.M. Kral, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 28 maart 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de locatie Norgerhaven te Veenhuizen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 11 augustus 1999 gedetineerd. Hij verbleef in de locatie Zwolle Zuid 2. Op 15 maart 2011 is hij overgeplaatst naar de locatie Norgerhaven, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager is van mening dat er nog wel een specifieke zorgvraag is die een langer verblijf van klager in een penitentiair psychiatrisch centrum rechtvaardigt. Uit bijgevoegd rapport van een forensisch maatschappelijk werker blijkt onder verwijzing naar
het
door het Pieter Baan Centrum over klager uitgebracht advies, dat er sprake is van de noodzaak tot zorg ten aanzien van de lichamelijke gesteldheid en psychiatrische problematiek van klager. Klager heeft gedurende zijn detentie steeds op speciale kleine
afdelingen verbleven. Indien er al reden is om klager niet langer te laten verblijven in een penitentiair psychiatrisch centrum of een andere inrichting met een regime van beperkte gemeenschap, is het gezien de omstandigheden waarin klager verkeert
niet
redelijk om hem over te plaatsen naar de locatie Norgerhaven. In de locatie Norgerhaven komt hij terecht in een grote gemeenschap met tal van medegedetineerden. Verandering van detentieomgeving leidt voor klager tot stress vanwege de vrees dat een
andere inrichting niet veilig voor hem is. Een overzichtelijke veilige detentieomgeving waarin contact met medegedetineerden te vermijden is, is van groot belang voor klager. Die veilige omgeving wordt niet geboden in de locatie Norgerhaven. Het
onvermijdelijke contact met tal van medegedetineerden maakt klager onrustig. In het kader van het opstellen van het selectieadvies is in de locatie Zwolle Zuid 2 met klager besproken dat hij eventuele alternatieven voor plaatsing elders dan de locatie
Norgerhaven met zijn advocaat kan bespreken. Dat heeft klager gedaan, hetgeen geleid heeft tot een verzoek om klager op basis van artikel 13 Sr in een tbs-kliniek te plaatsen. Teleurstellend is niet alleen dat er niet op gereageerd is, maar ook dat tot
de effectuering van de plaatsing in de locatie Norgerhaven is overgegaan zonder het antwoord af te wachten.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is overgeplaatst naar de locatie Norgerhaven vanwege het advies van de locatie Zwolle Zuid 2 dat er geen noodzaak meer was voor een langer verblijf omdat er geen sprake was van een specifieke zorgvraag. Klager is in 2009 vanuit de afdeling
diagnostiek van het PPC Haaglanden overgeplaatst naar de locatie Zwolle Zuid 2 in afwachting van een operationele extra zorgvoorzieningafdeling in de locatie Norgerhaven. Inmiddels is er een dergelijke afdeling in de locatie Norgerhaven en is er geen
reden om van deze plaatsing af te zien. Het betreft een kleinere afdeling met extra zorg, personeel en middelen ten dienste van de aldaar verblijvende gedetineerden. Wat betreft het verzoek om op basis van artikel 13 Sr in een tbs-kliniek geplaatst te
worden heeft de selectiefunctionaris geen zicht op hoe de reactie hier op zal zijn en die reactie hoeft niet eerst afgewacht te worden voor er tot overplaatsing wordt overgegaan.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de locatie Norgerhaven is een inrichting voor mannen met een standaardregime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hierbij is in aanmerking genomen dat ervan kan
worden uitgegaan dat klager thans geen zodanige zorgvraag meer heeft dat hij in een penitentiair psychiatrisch centrum dient te verblijven en hij in de locatie Norgerhaven op een kleine afdeling is geplaatst waar hij extra zorg krijgt. Ten aanzien van
het uitblijven van een beslissing op klagers verzoek om op grond van artikel 13 Sr in een tbs-kliniek te worden geplaatst, is de beroepscommissie van oordeel dat een overplaatsing in het gevangeniswezen niet in afwachting van de beslissing op het
verzoek behoeft te worden aangehouden.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff, secretaris, op 11 juli 2011

secretaris voorzitter

Naar boven