Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1549/GV, 22 juni 2011, beroep
Uitspraakdatum:22-06-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/1549/GV

betreft: [klager] datum: 22 juni 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 19 mei 2011 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager is het met de opgegeven reden dat hij zich misdragen zou hebben op de BGG niet eens. Hij is hier nooit voor gesanctioneerd en heeft er niets mee te maken.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft een aantal uren algemeen verlof aangevraagd voor Hemelvaartsdag. Het verzoek is afgewezen omdat klager zich tijdens de huidige detentie tweemaal heeft onttrokken aan detentie. Hij heeft zich op 28 april 2009 niet gemeld bij de beperkt
beveiligde inrichting te Tilburg en op 14 juni 2010 heeft hij zich niet gemeld na een schorsing. Klager heeft hiermee laten zien niet om te kunnen gaan met de geboden vrijheden.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van het huis van bewaring Roermond heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag voor de duur van maximaal twaalf uur.
De politie heeft positief geadviseerd ter zake van het verlofadres.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een groot aantal dagen lijfsdwang/gijzeling of grond van de Wet Terwee en de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften en een aantal dagen subsidiaire hechtenis. De datum van invrijheidstelling is thans bepaald op
8
april 2012.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers aanvraag voor algemeen verlof.

Klager heeft zich tijdens de huidige detentie tot tweemaal toe onttrokken aan detentie.
De beroepscommissie is van oordeel dat dit een forse contra-indicatie vormt voor verlofverlening en een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigt. Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende
belangen en gelet op de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder a. en d. van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. Th.E.M. Wijte en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 22 juni 2011

secretaris voorzitter

Naar boven