Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/0328/GA, 20 juni 2011, beroep
Uitspraakdatum:20-06-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/328/GA

betreft: [klager] datum: 20 juni 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichting (p.i.) Ter Apel,

gericht tegen een uitspraak van 31 januari 2011 van de alleensprekende beklagrechter bij de p.i. Ter Apel, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 17 mei 2011, gehouden in de locatie De Berg te Arnhem, is gehoord [...], juridisch medewerker bij de p.i. Ter Apel.

De voorzitter heeft meegedeeld dat door DV&O is gemeld dat de dienst abusievelijk de verkeerde gedetineerde naar de zitting heeft vervoerd.

Van het verklaarde ter zitting is verslag opgemaakt. Klager is vervolgens in de gelegenheid gesteld om vóór 3 juni 2011 aan te geven of hij schriftelijk dan wel mondeling op het verslag wilde reageren.

In een schrijven, dat op 25 mei 2011 op het secretariaat van de Raad is ontvangen, heeft klager het beroep nader schriftelijk toegelicht. Een afschrift van het schrijven is toegestuurd aan de directeur van de p.i. Ter Apel.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een strafcel in verband met het slaan van een medegedetineerde.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard voor zover de disciplinaire straf langer heeft geduurd dan vijf dagen, ter zake geen tegemoetkoming toegekend, en voor het overige het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte
uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
Namens de directeur is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het incident, dat plaatsvond op de luchtplaats, is niet waargenomen door het personeel. De beelden van de luchtplaats worden niet opgenomen.
Uit klagers verklaring volgt dat de gedetineerden rondjes liepen op de luchtplaats, de medegedetineerde tegen de stroom inliep en vervolgens expres tegen klager aanbotste.
Toen de medegedetineerde dat bij een volgend rondje weer deed, heeft klager - volgens zijn eigen verklaring - hem een klap gegeven.
Klager heeft later ter zitting van de beklagcommissie verklaard dat de medegedetineerde hem direct na de botsing bij de kraag zou hebben gegrepen en dat hij hem uit zelfverdediging een klap heeft gegeven.
Klager heeft de confrontatie bewust opgezocht. Hij had bij de eerste botsing naar het personeel kunnen gaan of een andere kant kunnen oplopen.
Klager en de medegedetineerde hebben eerder samen op dezelfde afdeling verbleven en daar klikte het niet tussen hen.
De medegedetineerde had een gezwollen lip en wilde aangifte doen. De medegedetineerde is ook gehoord, maar dit is niet vastgelegd. Hij verklaarde dat hij er niet langs kon en dat hij iets provocerends heeft gezegd tegen klager.
De medegedetineerde is de volgende dag in vrijheid gesteld. Niet bekend is of hij daadwerkelijk aangifte heeft gedaan.
De opgelegde disciplinaire straf is conform het sanctiebeleid. Er was geen reden om van de richtlijn af te wijken.

Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt schriftelijk toegelicht.
Hij heeft geprobeerd om niet in gevecht te gaan met de medegedetineerde. Klager heeft aan het personeel van de C-afdeling gevraagd om hem naar een andere afdeling over te plaatsen, omdat hij een probleem had met de medegedetineerde. Hij is toen
overgeplaatst naar een andere afdeling, maar de afdelingen luchten gezamenlijk. De medegedetineerde provoceerde klager iedere dag op de luchtplaats door hem voor ‘kanker nigger, neger en aap’ uit te maken.
Op de bewuste dag liep klager op de luchtplaats en zag de medegedetineerde samen met twee andere gedetineerden in de tegenovergestelde richting lopen. Zij botsten tegen klager aan. Klager draaide zich om en zag dat de medegedetineerde hem bij de kraag
greep. Klager heeft hem toen heel snel een klap gegeven. De medegedetineerde liet klager vervolgens los.
Klager laat zich door niemand mishandelen en heeft zichzelf verdedigd. Klager is hier het slachtoffer. De medegedetineerde ging de volgende dag naar huis en is niet gestraft.
Klager is na tien minuten al naar de strafcel gebracht zonder dat hem gevraagd is wat er gebeurd is.

3. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt dat door klager is erkend dat hij een medegedetineerde heeft geslagen. Als reden voor het slaan heeft klager aangevoerd dat hij zich diende te verdedigen, omdat de medegedetineerde tegen hem aan was gebotst en hem bij de
kraag had gegrepen.
De beroepscommissie acht niet aannemelijk geworden dat het slaan van de medegedetineerde was geboden ter noodzakelijke verdediging van klager.
Gelet op het bovenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing van de directeur om klager conform het sanctiebeleid een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een strafcel op te leggen niet als onredelijk of onbillijk of
disproportioneel kan worden aangemerkt. Naar het oordeel van de beroepscommissie is geen sprake van bijzondere omstandigheden op grond waarvan de directeur zou dienen af te wijken van het sanctiebeleid.
De beroepscommissie zal derhalve het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagrechter vernietigen en het beklag alsnog geheel ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog geheel ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.J.G. Bleichrodt, voorzitter, dr. H.G. van de Bunt en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 20 juni 2011

secretaris voorzitter

Naar boven